NLD 4
Wanneer de hoverboard uitschakelt, zal het systeem de machine automatisch vergrendelen. Druk in
dit geval op de aan/uitknop om het apparaat te ontgrendelen. Wanneer de accu is uitgeput of wanneer
het systeem informatie uitgeeft over een veiligheiduitschakeling, dient u niet verder te rijden met de
hoverboard. De hoverboard kan namelijk de balans verliezen door een tekort aan accucapaciteit. De
gebruiker loopt in dit geval een groot risico op letsel. Als de accucapaciteit minimaal is, zal de
levensduur van de accu worden aangetast door de hoverboard te blijven gebruiken.
• Het product dient uitsluitend te worden gebruikt binnen een temperatuurbereik van tussen -10°C en
+45°C.
2.6. Oefenen met rijden
Maak uzelf a.u.b. bekend met alle bedieningen en voorzorgsmaatregelen voordat u de hoverboard in gebruik
neemt. Oefen altijd met iemand anders die u vast houdt of kan opvangen.
• Draag vrijetijdskleding (maar geen losse kleding) en platte schoenen om uw lichaam flexibel te houden.
• Oefen het rijden in een open gebied totdat u gemakkelijk op en af kunt stappen.
• Zorg voor een vlakke ondergrond.
• Verminder vaart wanneer u op een ander terrein rijdt.
• Hoverboard zijn voertuigen ontworpen voor gebruik op een vlak wegdek. Verlaag uw snelheid wanneer u
de hoverboard op ruw terrein rijdt.
• Voorafgaand aan het rijden: Lees zorgvuldig hoofdstuk 4 over de maximale snelheid en hoofdstuk 5 over
veilig rijden
Hoofdstuk 3 Pedaalsensor en indicatoren
3.1. Pedaalsensor
De hoverboard is voorzien van 4 sensoren onder het pedaal. Zodra u op het pedaal stapt, zal de hoverboard
zichzelf automatisch balanceren. Zorg ervoor tijdens het rijden volledig op het pedaal te staan en stap a.u.b.
niet op de gedeeltes buiten het pedaal. Plaats geen voorwerpen op de pedalen om de hoverboard zelf te
laten werken en het risico op aanrijdingen, persoonlijk letsel en beschadiging van de hoverboard zelf te
vergroten.
3.2. Accu en bedrijfsindicatoren
De indicator is in het midden van de hoverboard geplaatst en verstrekt de gebruiker met informatie.
• De batterij-indicator op de hoverboard zal groen blijven oplichten zolang er voldoende batterijstroom
is om te rijden.
• De batterij-indicator op de hoverboard zal rood oplichten als de batterijstroom laag is (er rest 15-20%),
dan stopt u best met rijden en laadt u de hoverboard op.
• De batterij-indicator op de hoverboard zal rood oplichten als de batterijstroom laag is (er rest 15-20%),
dan stopt u best met rijden en laadt u de hoverboard op. De batterij-indicator op de hoverboard zal
ROOD en een WAARSCHUWINGSSIGNAAL geven wanneer de batterij leeg is, dan moet u onmiddellijk
stoppen met rijden. De hoverboard zal zichzelf nu zonder verdere aankondiging automatisch
uitschakelen en evenwicht verliezen. U loopt het risico om gewond te raken indien u nog probeert te blijven
rijden.
• Bedrijfsindicator: Wanneer het pedaal wordt geactiveerd, zal de bedrijfsindicator oplichten en wordt het
systeem gestart; wanneer er een systeemstoring optreedt, zal de indicator op rood springen.
Hoofdstuk 4 Rijafstand en snelheid
4.1. Rijafstand per lading