Als nooduitgangen gelden alle ramen en deuren, die voldoen aan de volgende cri-
teria:
z Naar buiten openend of verschuivend in horizontale richting
z Openingshoek ten minste 70°
z Diameter van de kozijndagmaat ten minste 450 mm
z Afstand tot de voertuigbodem maximaal 950 mm
3.2 Algemeen
X De zuurstof binnen in het voertuig wordt door ademen of door het gebruik
van op gas werkende inbouwapparaten verbruikt. Daarom moet de zuurstof
voortdurend worden ververst. Met het oog hierop zijn in het voertuig kunst-
matige ventilatieopeningen (bijv. dakluiken met kunstmatige ventilatie,
paddestoeldakventilators of vloerventilators) ingebouwd. Kunstmatige ven-
tilatieopeningen noch van binnen noch van buiten afdekken, bijv. met een
wintermat, of dichtzetten. Kunstmatige ventilatieopeningen vrijhouden van
sneeuw en bladeren. Er dreigt verstikkingsgevaar door een verhoogd CO
2
-
gehalte.
X Let op de doorgangshoogte van de deuren.
Z Voor de inbouwapparatuur (verwarming, kookplaat, koelkast enz.) alsmede
voor het basisvoertuig (motor, remmen enz.) zijn de betreffende gebruiksaan-
wijzingen en bedieningshandleidingen maatgevend. Absoluut in acht nemen.
Z Als er toebehoren of speciale uitvoeringen worden aangebouwd, kunnen de
afmetingen, het gewicht alsmede het rijgedrag van het voertuig veranderen.
De aanbouwonderdelen moeten deels in de voertuigpapieren worden geregi-
streerd.
Z Alleen velgen en banden gebruiken, die voor het voertuig zijn toegelaten. Infor-
matie over de grootte van de toegelaten velgen en banden ontlenen aan de
voertuigpapieren of bij de geautoriseerde dealers en servicepunten opvragen.
Z Bij het parkeren van het voertuig de handrem vast aantrekken.
Z Als de technisch toegelaten totale massa van het voertuig meer dan 4 t
bedraagt, moeten bij het parkeren op stijgende of dalende hellingen wiel-
keggen worden gebruikt. De wielkeggen worden standaard geleverd bij alle
voertuigen met een totale massa van meer dan 4 t.
Z Bij het verlaten van het voertuig absoluut alle deuren, serviceluiken en ramen
sluiten.
Z Gevarendriehoek, verbandtrommel en/of waarschuwingsknipperlicht mee-
nemen als deze wettelijk zijn voorgeschreven.
Z Met het voertuig pas op de openbare weg rijden, als de chauffeur een voor deze
voertuigklasse geldig rijbewijs bezit.
Z Bij de verkoop van het voertuig alle gebruiksaanwijzingen van het voertuig en
de inbouwapparatuur meegeven aan de nieuwe eigenaar.