NEDERLANDS
64
Montage en aanpassing
WAARSCHUWING: Om het gevaar op letsel te
verminderen, moet u het apparaat uitschakelen en de
stroombron van de machine afsluiten voordat u accessoires
installeert of verwijdert, voordat u instellingen aanpast of wijzigt,
of wanneer u reparaties uitvoert. Het onbedoeld opstarten kan
letsel veroorzaken.
MONT AGE OP DE WERKBANK (AFB. A1)
• Er zitten gaten (14) in alle vier de voetjes zodat montage op een
werkbank gemakkelijk is. Geadviseerd wor dt bouten met een diameter
van 6 mm en een lengte van 80 mm te gebruiken. Monteer uw zaag
altijd stevig zodat beweging wordt voorkomen. V oor een beter e
draagbaarheid kunt u het gereedschap monter en op een stuk multiplex
van een dikte van 19 millimeter of meer , wat u vervolgens op uw
werkbank kunt klemmen of kunt meenemen naar andere locaties en
daar weer kunt vastklemmen.
• W anneer u uw zaag op een stuk multiplex monteert, let er dan vooral
op dat de montageschroeven niet onder uit het hout steken. Het
multiplex moet vlak op het draagvlak rusten. W anneer u de zaag op
een werkoppervlak klemt, zet de klemmen dan alleen vast op de voeten
waar de gaten van de montageschroeven zich bevinden. W anneer u de
klemmen op een ander punt vastzet, zal dat de werking van de zaag
verstoren.
• V oorkom vastlopen en onnauwkeurige r esultaten, let er vooral op dat
het montageoppervlak niet krom of op een ander e manier ongelijk is.
Als de zaag heen en weer beweegt op het oppervlak, plaats dan een
dun stuk materiaal onder een voet van de zaag, totdat de zaag stevig
op het montage-oppervlak zit.
DE BOVENSTE BESCHERMKAP MONTEREN (AFB. B)
1. Zet de beschermkap (16) vast op het spouwmes (15) met de bout (32),
bus en moer .
2. Plaats de bus door het spouwmes en de beschermkap. Schuif bout
(32) door de bus en zet vast met de moer . Zet stevig vast. Let er op dat
de flappen (31) op de beschermkap zijn geplaatst zoals wordt getoond.
DE SNIJD AFSCHEIDING BEVESTIGEN EN AANP ASSEN (AFB. C1–C4)
De snijdafscheiding bestaat uit een vaste en glijdende afscheiding.
1. Maak de vergrendelingknop van de afscheidingsondersteuning (34) los
die de klemplaat in positie houdt (afb. C1).
2. Schuif de afscheiding naar de voorkant van de tafel waarbij u de
U-vormige ingang als richtlijn gebruikt (afb. C2, C3).
3. Schuif de afscheiding richting het zaagblad en maak de
vergrendelingknop vast.
4. Controleer dat de afscheiding parallel aan het zaagblad staat.
5. Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
6. Maak de vergrendelingknop van glijdende afscheiding (35) los (afb.C1)
en schuif de glijdende afscheiding naar achteren om volledig zicht op
de twee gaten (36) aan de bovenkant van de afscheiding te krijgen
(afb.C4).
7. Draai met behulp van de kleine zeskantsleutel de twee zeskantsleutels
los die de afscheiding aan de afscheidingondersteuning vastmaken.
T oegang wordt verkr egen door de twee gaten in de bovenkant van de
afscheiding.
8. Pas de afscheiding aan zodat deze parallel aan het zaagblad staat door
de afstand tussen het zaagblad en de afscheiding te controler en aan de
voor - en achterkant van het zaagblad.
9. Als de aanpassing is uitgevoerd maakt u de zeskantschr oeven weer
vast en controleert u nogmaals of de afscheiding parallel aan het
zaagblad staat.
DE ZAAGBANK T AFEL AANP ASSEN (AFB. A2, B, D)
De tafel (21) schuift handmatig omhoog en omlaag en wordt op de
gewenste hoogte gehouden met behulp van twee vergrendelingknoppen.
1. Maak de tafel vergrendelingknoppen los, zowel de hoofdknop (37)
(afb.D) als de extra knop (3) (afb. A1), maar verwijder ze niet.
2. Stel de tafel in op de gewenste hoogte.
3. Maak de tafel vergrendelingknoppen weer vast (afb. A1, D).
DE ZAAGBANK T AFEL VERWIJDEREN (AFB. A1, B, D)
De tafel kan worden verwijder d om toegang tot het zaagblad te krijgen.
1. V erwijder de bovenste zaagbladbescherming (16) (afb. B).
2. Maak de tafel vergrendelingknoppen los, zowel de hoofdknop (37)
(afb.D) als de extra knop (3) (afb. A1), maar verwijder ze niet.
3. Gebruik de zeskantsleutel om de schroef (38) te verwijder en uit de
achterste tafelkolom (afb. D). Neem de moer en sluitring vanuit het
andere einde van de schr oef.
4. V erwijder de tafel.
5. Ga in omgekeerde volgor de te werk om de tafel weer te plaatsen.
HET ZAAGBLAD BEVESTIGEN (AFB. E1–E5)
WAARSCHUWING: De tanden van een nieuw zaagblad zijn
zeer scherp en kunnen gevaarlijk zijn.
Om een nieuw zaagblad te bevestigen is het noodzakelijk de tafel in de
hoogste positie te plaatsen en de zaagkop in de hoogste positie op te tillen.
1. T r ek de onderste beschermkap (4) terug door op de vrijgaveknop (42)
te drukken en de onderste beschermkap terug te schuiven. Laat de
beschermkap in deze stand.
2. Plaats met behulp van de steeksleutel (39) de twee gaten aan de
buitenzijde van de buitenste flens (40) (afb. E2).
3. Draai met de inbussleutel van 6 mm de zaagbladbout (41) naar rechts
los. Neem de zaagbladbout en de uiterste flens uit.
4. Neem het zaagblad uit (43).
5. Plaats het nieuwe zaagblad op de schouder (44) op de binnenste flens
(45) (afb. E3). Let erop dat de tanden aan de onderste rand van het
zaagblad naar het scherm wijzen (van de gebruiker af).
6. Plaats de buitenste flens (40) weer , en zorg er daarbij voor dat de
locatieogen (46) (afb. E4) goed zijn vastgezet, één aan iedere zijde van
de as.
7. Draai de zaagbladbout (41) vast door deze naar links te draaien.
8. V erplaats de onderste beschermkap naar beneden.
9. Laat na het monteren of vervangen van het zaagblad de zaagkop een
volledige beweging maken en controleer dat de beweegbar e onderste
beschermkap in de rustpositie wordt vergr endeld.
W AARSCHUWING: Het zaagblad MOET moet worden
vervangen zoals in dit hoofdstuk wordt beschreven. Gebruik
ALLEEN zaagbladen die worden aangeduid bij T echnische
Gegevens. Wij adviseren DT4375. Monteer NOOIT andere
zaagbladen.
HET ZAAGBLAD AANP ASSEN (AFB. E2)
Als het zaagblad trilt tijdens het starten en de werkzaamheden, pas het dan
als volgt aan.
1. Maak de schroef voor de eindring (40) los en draai het zaagblad (43)
een kwart slag.
2. Maak de schroef weer vast en contr oleer om te kijken of het zaagblad
nog trilt.
3. Herhaal deze stappen totdat het zaagblad niet meer trilt.
DE V ASTE ONDERSTE BESCHERMKAP MONTEREN EN UITNEMEN (AFB. I1, I2)
W anneer de unit wordt gebruikt als een zaagtafel, moet de vaste
beschermkap (18) altijd worden gebruikt (afb. I2).
1. Zet de zaagkop in de verticale positie.
2. Maak de vergrendelingsknop (60) aan de linkerzijde van het scherm
(11) los en verplaats het scherm naar de nieuwe positie, zoals wordt
afgebeeld (afb. I1).
3. Schuif de beschermkap (18) over de roter ende tafel/verstekarm (9)
totdat het schroefdraad van de kopvergr endelingsschroef op één lijn
staat met de bus met schroefdraad in de kop (afb. I2).
4. Druk de vrijgavehendel van de kopvergrendeling (2) in en druk op de
kop terwijl u de vergrendelingsschr oef van de kop vastdraait (20).
5. U kunt de beschermkap uitnemen door in omgekeer de volgor de te
werk te gaan.
DE V ASTE ONDERSTE BESCHERMKAP OPBERGEN (AFB. Q1, Q2)
W anneer de unit wordt gebruikt als verstekzaag, kan de vaste onderste
beschermkap (18) worden opgeborgen op de tafel (21).
1. Neem de vaste onderste beschermkap uit, raadpleeg De vaste
onderste beschermkap monteren en uitnemen.
2. Knijp in de vaste onderste beschermkap (18) en leid de opbergpoten
(61) in de sleuven (62) aan de voorzijde van de tafel (21).