25
Ventilatie en luchtafvoer
Een perfecte installatie is van vitaal belang voor een goede werking, omdat om
fysieke redenen warmte wordt gegenereerd aan de achterkant van de koelkast. Deze
warmte moet naar de open lucht kunnen ontsnappen.
Ook bij een hoge omgevingstemperatuur kan de koeleenheid alleen goed
werken bij voldoende ventilatie en afvoer.
De ventilatie voor de koelkast
wordt verzorgd door twee openin-
gen in de caravanwand.
Onderaan komt frisse lucht bin-
nen, die wordt verwarmd en door
het bovenste ventilatierooster
wordt afgevoerd (schoorsteenef-
fect). Het bovenste ventilatieroo-
ster moet zo hoog mogelijk boven
de condensor (K) worden aange-
bracht.
Het onderste ventilatierooster
moet gelijkliggend met de vloer
van het voertuig zijn, zodat even
tueel lekkend gas (zwaarder dan
lucht) direct naar buiten kan stro-
men. Als dit niet mogelijk is, moet
door de fabrikant van het voertuig een ventilatieopening in de bodem van de nis ge-
maakt worden, zodat eventueel lekkend onverbrand gas niet op de bodem blijft liggen
(conform EN 1949).
De ventilatieroosters moeten een vrij oppervlak van minstens 400 cm² hebben.
Dit wordt bereikt met het Dometic Absorber ventilatie- en luchtafvoersysteem L500 dat
voor dit doel is getest en toegelaten. Dometic ventilatiesystemen bestaan uit een in-
bouw frame, een ventilatierooster en een afdekking voor de winter.
De luchtafvoer en verbrandingsgasafvoer van de bakoven geschiedt alleen via een in
het dak gemonteerde ventilator (Truma-dakschoorsteen).
8.3
De correcte plaatsing van het onderste ventilatierooster vergemakkelijkt de
toegang tot elektro- en gasaansluitingen bij onderhoudswerkzaamheden.
Minimumhoogte ventilatie H
B
Bakoven :
Truma-Dakschoorsteen
250 mm
Minimumhoogte ventilatie H
K
Koelkast :
bovenste rooster L500
onderste rooster L500
1400 - 1500 mm
L 500
L 500
Truma-Dakschoorsteen
Afneembaar panel /
rooster
(ter montage
v.d. schoorsteen)
ventilatieopening
Minimumhoogte ventilatie
H
K
K
H
B
10-20 mm
10 mm