Opmerking:
Het is normaal dat de temperatuur van de videocamerabehuizing tijdens
het opladen stijgt.
3. De geheugenkaart plaatsen/verwijderen
De camera ondersteunt SD/SDHC-kaarten van 2 GB tot 32 GB. Het wordt
aanbevolen om geheugenkaarten met een capaciteit van 4 GB of meer en
snelheden hoger dan klasse 4 te gebruiken om de beste prestaties voor
1080p video-opname te behalen.
(a) Zorg ervoor dat de videocamera is
uitgeschakeld.
(b) Duw de vergrendeling van de batterijklep
naar rechts om de batterijklep te openen.
(c) Plaats de geheugenkaart in de videocamera
zoals geïllustreerd.
(d) Duw de batterijklep terug.
(e) Als u de geheugenkaart wilt verwijderen,
druk de geheugenkaart naar beneden totdat het omhoog springt.
(f) Duw de batterijklep terug totdat een klikgeluid wordt gehoord (als u
geen klikgeluid hoort, dan is de klep niet behoorlijk gesloten).
1. De videocamera aan-/uitschakelen
(a) Schuif het LCD-scherm open en de videocamera zal aan schakelen.
(b) Schuif het LCD-scherm dicht om de videocamera uit te schakelen.