581262
1
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/16
Nächste Seite
Pulsports-300/400
H0- -H1
Index
1.
GEBRUIKSAANWIJZING
.………...……..………………..…….…1
2.
ONDERDELEN OPAL & RUBY 300/400
……………..……… 2
3.
INSTALLATIE
……………………......…..............………..………. 3
Hoe moet u de borstriem dragen?
…….…...……………....… 3
4.
BEDIENING TOETSEN
……………….……………..…………….. 4
5.
TIJDMODUSCIRCULATIE
…………...............…....…......……5
6.
PULSMODUSCIRCULATIE
.....
…………...............................… 5
7.
PROCEDURES GEGEVENSINSTELLINGEN
……….…… 5
8.
FUNCTIES PULSPORTS
………………….………….………. 6
Klokfuncties
……………………..........……………………….……… 6
Hartslagfuncties
………………...………………...........…….……. 6
9.
BESCHRIJVING KLOKFUNCTIES
….......……………..……… 7
Klokmodus
……………....……….............................………....……. 7
Afteltimermodus
…….………………..……………………………… 8
Alarmmodus
……...………...................…..............….…...………. 8
Datummodus
….....………………...........………........…...……….. 9
Chronometermodus
…………….….………………….……….….. 9
10.
FUNCTIEBESCHRIJVING HARTSLAG
….........….……….. 10
Meetfunctie hartslag starten/stoppen
……..….......…..….... 10
Gegevensregistratiefunctie hartslag starten/stoppen
.…. 10
Registratiegegevens hartslag resetten
………….…….…… 10
Beschrijving hartslagweergave
……………….………….…... 11
Programmamodus doelzone (3 modi)
.....……..................... 11
Stopwatch-modus
………….…..…………………….……………. 11
Programmainstelling Doelzone
….........................………….. 12
Caloriemodus
……………………..……………….…..........…..… 13
Oefeningstijdmodus
………………….....…………….…...…..…. 13
Modus Calorieën Per Uur
………..……….……………..…….. 13
Afvalmodus
………………...............…………………………….… 13
Modus %Vetverlies
……………………………………….…..….. 13
Modus Vetverlies
………………...………....……...........……..… 14
Maximum-modus
………………………..………...….....…..…… 14
Modus Binnen Doelzone
…….…....………………………..….. 14
Modus Buiten Doelzone
…..………………………..…....……… 14
Modus Gebruikersgegevens
……………....…...........…..….. 14
Modus Totaal Vetverlies
………………………...……...………. 15
Modus Calorietotaal
…………….………………….......…....….. 15
Modus Gemiddeld
………………………………....................…. 15
11.
VOORZORGSMAATREGELEN
………….……………...……. 16
12.
SPECIFICATIES
….………………………………………………… 16
13.
GEBRUIKSAANWIJZING
….…………………………………… 17
14.
LEES VOOR HET GEBRUIK VAN DE PULSPORTS EERST
DEZE HANDLEIDING
.....................................................…..… 18
Relatie tussen basisstofwisseling en hartslag
…..........… 18
Oefeningen bestaan uit drie elementen
…………………… 20
Sport en afvallen
……………......................……………..….…… 23
Speciaal Pulsports-ontwerp Programmeerbare
doelzone
.
.. 28
FOR MODEL
OPAL- 300/400
RUBY-300/400
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H2- -H3
onderdelen opal
& ruby
300/400
Uw PULSPORTS bestaat uit vier onderdelen.
1. Elastische band 2. Zender
3. Fietshaak
4. OPAL- 300/400 RUBY- 300/400
installatie
Hoe moet u de borstriem dragen?
Fig. 1 Fig. 2 Fig. 3
Fig. 4 Fig. 5
Fig. 6
Fig. 7
1. Maak de sluiting aan één kant dicht, doe de borstriem over uw borst
en laat de strekband vieren. (Fig. 1, 2 and 3)
2. Pas de lengte van de strekband aan totdat alles goed aanvoelt. De
strekband moet wel tegen de borst aan zitten. Maak vervolgens de
sluiting aan de andere kant dicht. (Fig. 4)
3. Zorg ervoor dat de sensor op het midden van de borst zit en let erop
dat de achterkant van de sensor tegen de borst aankomt en in
contact is met de huid. (Fig. 5.6)
4. U dient de borstriem te dragen tijdens het meten van de hartslag. De
transmissieafstand is minder dan 1 meter.
5. Buig of vouw de borstriem niet. (Fig. 7)
Snoerbinders x 3
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H4- -H5
BEDIENING TOETSEN
Basisbediening toetsenbord
SET 2 Seconden ingedrukt houden om naar modus
Gegevensinstelling te gaan
T.MODE Functiegroep klok wijzigen
P.MODE Functiegroep puls wijzigen
ST/SP Start / Stop
LIGHT EL-licht (3 seconden ingedrukt houden)
Toetsenbordbediening Gegevensinstelling
SET Druk hierop om de gegevensinstelling te verlaten
T.MODE Druk hierop om het cijfer te verhogen
Vasthouden om de waarde van het cijfer automatisch
te verhogen.
P.MODE Druk hierop om het cijfer te wijzigen
ST/SP Druk hierop om de waarde van het cijfer te verlagen
Vasthouden om de waarde van het cijfer automatisch te
verlagen
Fig. A) TIJDMODUSCIRCULATIE
Fig. B) PULSMODUSCIRCULATIE
Fig. C) PROCEDURES
GEGEVENSINSTELLINGEN
1. Druk op P.MODE om het in te stellen cijfer te wijzigen.
2. Druk op T.MODE om de waarde van het cijfer te verhogen. Hou
de knop vast om de waarde automatisch te verhogen.
3. Druk op ST/SP om de waarde van het cijfer te verlagen. Hou de
knop vast om de waarde automatisch te verlagen.
4. Druk op SET om de instelling te voltooien en af te sluiten.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H6- -H7
functies pulsports
Zie het modelnummer van uw aankoop. Niet alle functies
zullen worden ondersteund.
1. CLOCK: weergave 12/24-uurs klok, datum, weekdag.
Klokfuncties
2. DATE: jaar, maand, datum, weekdag, 2000-2099.
3. COUNTDOWN TIMER: afteltimer met een bereik van 99:59:59-00:00:00.
4. ALARM: er zijn 5 alarmsets beschikbaar.
5. CHRONOMETER: stopwatch met een bereik van 00:00:00-99:59:99.
6. CHIME & Key beep: optie voor bel en piep bij indrukken toets.
7. EL-verlichting.
8. Waterdicht (3 ATM).
9. Waarschuwingssymbool bij lage batterijspanning.
1. Weergave huidige hartslag (HR).
Hartslagfuncties
2. INTENSITY: berekent aan de hand van uw persoonlijke gegevens
automatisch uw hartslagintensiteit (huidige HR ÷ Max.
HR × 100%).
3. PROGRAM: 3 instelbare doelzonemodi met 9 stappen per modus
(9 doelzones).
4. STOPWATCH: 00:00:00 tot 99:59:59. Werkt alleen tijdens detectie
van de hartslag.
5. CAL: berekent aan de hand van uw persoonlijke gegevens het
calorieverbruik tijdens de oefening (0 tot 9999.99 K
_
cal).
6. EXE.TIME: berekent de oefentijd waarin de hartslag de benedenwaarde
van de ingestelde doelzone bereikt.
7. CAL / H: calorieverbruik per uur met huidige hartslagintensiteit (0
tot 3333 K
_
cal).
8. WT.LOS: berekent aan de hand van uw persoonlijke gegevens het
gewichtsverlies tijdens de oefening (0 tot 9999.99g).
9. % FAT Loss: berekent het percentage vet dat u met de verbruikte
calorieën heeft verloren. U zult zien dat het verloren
vet afwijkt van de verloren calorieën en afhankelijk is
van de intensiteit van uw hartslag.
10. FT.LOS: berekent aan de hand van uw persoonlijke gegevens het
vetverlies tijdens de oefening (0 tot 9999.99g).
11. MAX: maximale HR tijdens oefening (40 tot 240 bpm).
12. IN.TM: oefentijd in ingestelde doelzone (00:00:00 tot 99:59:59).
13. OVR.TM: tijd die tijdens de oefening boven de doelzonelimiet is
doorgebracht (00:00:00 tot 99:59:59).
14. USER: Instellingen gebruiker, leeftijd (5 tot 99), gewicht (10 tot
199 kg of 10 tot 499 lbs) en geslacht.
15. T
_
FT.L: totaal vetverlies tijdens oefeningen, per week of per
maand (0 tot 9999.99g).
16. T
_
CAL: totaal K_cal-verbruik. U kunt het wekelijkse of maandelijkse
calorieverbruik berekenen (0 tot 999999 K_cal).
17. AVG: gemiddelde HR tijdens oefening (0 tot 240 bpm).
bpm (slagen per minuut) 40 tot 240.
Het programma berekent het calorieverbruik en de relaterende
gegevens alleen als de HR hoger is dan 90bpm.
beschrijving
klokfuncties
1. U kunt kiezen tussen 12-uurs en 24 uurs.
Klokmodus
2. Als u in deze modus 2 seconden op ST/SP drukt, dan kunt u de Bel
in- of uitschakelen.
3.
a). Druk op T.MODE om modus "CLK" te selecteren.
Instelling klok:
b). Druk 2 seconden op SET om te beginnen met de klokinstelling.
c). Druk op P.MODE om het in te stellen cijfer te wijzigen.
d). Druk op T.MODE om de waarde van het cijfer te verhogen. Hou
de knop vast om de waarde automatisch te verhogen.
e). Druk op ST/SP om de waarde van het cijfer te verlagen. Hou de
knop vast om de waarde automatisch te verlagen.
f). Druk op T.MODE of ST/SP om 12- of 24-uurs modus te selecteren.
g). Druk op T.MODE of ST/SP om de seconden te resetten op “00”.
h). Druk op SET om de instelling te voltooien en af te sluiten.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H8- -H9
1. Druk op ST/SP om de afteltimer te starten/stoppen.
Afteltimermodus
2. Tijdens het aftellen zal het symbool " " worden weergegeven.
3. Nadat de aftelling is voltooid zult u de timer 10 seconden horen
piepen. Op het LCD zullen de symbolen " " knipperen en zal
de tekst OVEr worden weergegeven.
4. U kunt het piepen stoppen en de reeds ingestelde gegevens laden
door op een toets te drukken.
5. U kunt de reeds ingestelde gegevens op elk moment opnieuw laden
door op T.MODE te drukken.
6. Het maximale aftelbereik is 99H59M59S.
7.
a). Druk op T.MODE om modus "TIMER" te selecteren.
Instelling afteltimer:
b). Druk 2 seconden op SET om te beginnen met de timer-instelling.
c). Druk op T.MODE of ST/SP om de timer Aan of Uit te zetten.
d).Wijzig de timergegevens via de procedures voor
gegevensinstelling
.
1. Druk op ST/SP om de alarmset te wijzigen (1 tot 5).
Alarmmodus
2. Na de alarminstelling zal het symbool " " worden weergegeven.
3. Het alarm zal 30 seconden piepen en de symbolen " " zullen knipperen.
4. Stop het piepen door op een toets te drukken.
5. Denk aan de tijdmodus die u selecteert: 12-uurs of 24-uurs.
6.
a). Druk op T.MODE om modus "ALARM" te selecteren.
Alarminstelling:
b). Druk 2 seconden op SET om te beginnen met de alarminstelling.
c). Druk op T.MODE of ST/SP om de timer Aan of Uit te zetten.
d). Zie de procedures voor gegevensinstelling
e). Druk op ST/SP om de volgende alarminstelling in te voeren.
voor het wijzigen
van de alarmgegevens.
f). Herhaal stap b-d voor het instellen van de andere alarms.
1. Kalender van de jaren 2000 tot 2099.
Datummodus
2. Tijdens het invoeren van de datum zal automatisch de weekdag
worden weergegeven.
3.
a). Druk op T.MODE om modus "D AT E" te selecteren.
Gegevensinstelling:
b). Druk 2 seconden op SET om te beginnen met de gegevensinstelling.
c). Zie de procedures voor gegevensinstelling
voor het wijzigen
van de datumgegevens.
1. Druk op ST/SP om de chronometer te starten/stoppen.
Chronometermodus
2. Druk 2 seconden op T.MODE om de chronometergegevens te resetten.
3. Het maximale aftelbereik is 99H59M59S.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H10- -H11
functiebeschrijving
hartslag
1. Meetfunctie hartslag starten/stoppen
1. Druk 2 seconden op P.MODE om de hartslagmeetfunctie te
starten.
2. Als deze functie actief is zal het LCD het signaal weergeven als
" " en "
".
3. Druk 2 seconden op P.MODE om de hartslagmeetfunctie te
stoppen.
4. Als er 5 minuten geen signaal is ontvangen zal de functie
automatisch worden uitgeschakeld.
2. Gegevensregistratiefunctie hartslag starten/stoppen
1. Druk 2 seconden op ST/SP om de hartslagmeetfunctie te starten.
2. Druk op P.MODE om naar de functie EXE
_
TM te gaan.
3. Als u op ST/SP drukt, dan zal het signaal dat rechtsboven in het
scherm als " " wordt weergegeven veranderen in " ". Dit
betekent dat de gegevensregistratiefunctie is opgestart. Als u de
functie stopt door op ST/SP te drukken, dan zal het signaal
veranderen in " ".
4. De functies AVG, STW, CAL, EXE.TM, WT.LOS, FT.LOS, MAX,
IN.TM, OVR.TM, T
_
FT.L en T
_
CAL werken alleen als de
registratiefunctie is ingeschakeld.
5. Tijdens het meten van de hartslag worden CAL/H en %FAT Loss
automatisch weergegeven. Als er geen puls wordt gedetecteerd,
dan zal de waarde op nul staan.
6. De modi CAL, CAL/H, WT.LOS, %FAT Loss, FT.LOS en T
_
F T.L
worden berekend als de hartslag gelijk aan of groter dan 90 bpm is.
3. Registratiegegevens hartslag resetten
1. Druk P.MODE om naar de modus EXE
_
TM te gaan.
2. Druk 2 seconden op T.MODE om de registratie wissen.
3. De geregistreerde T
_
CAL en T
_
FT.L kunnen alleen worden gewist
in de oorspronkelijke functiemodus.
4. Beschrijving hartslagweergave
1. Intensiteit = Huidige hartslag/Maximale hartslag × 100%.
2. De hartslag wordt gemeten tussen 40 bpm en 240 bpm.
5. Programmamodus doelzone (3 modi)
1. Er bestaan 3 programmamodi voor de instelling van de doelzone:
PRG
a). H-modus: De doelzone kan vrijelijk door de gebruiker worden
gewijzigd.
b). T-modus: De doelzone wordt automatisch gewijzigd aan de
hand van de ingestelde tijd (0-99 minuten) van elke
zone. Het programma zal naar de volgende zone
springen als de tijd voor de huidige zone is verstreken.
c). E-modus: De doelzone wordt automatisch gewijzigd aan de
hand van de ingestelde oefeningstijd (0-99 minuten)
van elke zone. Het programma zal naar de
volgende zone springen als de oefeningstijd voor
de huidige zone is verstreken.
2. Als de doelzone in deze modus automatisch wordt gewijzigd, dan
zal het alarm piepen. Als alle doelzones zijn voltooid zal het alarm
10 seconden piepen. Op het scherm zal de tekst END worden
weergegeven.
3. U kunt vanuit elke zone opnieuw beginnen bij de eerste zone door
2 seconden op T.MODE te drukken.
4. Als de hartslag binnen de doelzone ligt zal het symbool " "
worden weergegeven.
5. Als de hartslag onder de benedenlimiet van de doelzone komt zal
het symbool " " worden weergegeven. (U dient een piep te horen).
6. Als de hartslag boven de bovenlimiet van de doelzone komt zal
het symbool " " worden weergegeven. (U dient een piep te horen).
7.
a). Druk op P.MODE om modus "PRG" te selecteren.
Programmainstelling Doelzone:
b). Druk 2 seconden op SET om te beginnen met de
programmainstelling van de doelzone.
c). Druk op T.MODE of ST/SP om het soort programma te kiezen.
d). Zie de procedures voor gegevensinstelling
6. Stopwatch-modus
voor het wijzigen
van de limietgegevens van de doelzone. (Zie Fig. D)
1. Berekent de oefentijd. Werkt alleen tijdens detectie van de hartslag.
STW
2. Het geregistreerde bereik loopt van 0H00M00S tot 99H59M59S.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H12- -H13
Zie Fig. D) Programmainstelling Doelzone
7. Caloriemodus
1. Berekent de calorieën die tijdens de gehele oefentijd verbruikt zijn.
CAL
2. Mannen gebruiken bij dezelfde hartslag meer calorieën dan vrouwen.
De hartslag van vrouwen zal tijdens het uitvoeren van dezelfde
oefening dan ook hoger liggen.
3. Het calorieverbruik wordt beïnvloed door de hartslag, het geslacht,
het gewicht en het soort oefening.
4. De gebruikte calorie-eenheid is Kcal.
5. Het bereik loopt van 0 Kcal tot 9999.99 Kcal.
8. Oefeningstijdmodus
1. Berekent en registreert de oefentijd waarin de hartslag de
benedenwaarde van de ingestelde doelzone bereikt.
EXE.TM
2. De totale oefentijd zal worden berekend, met inbegrip van de tijd
die binnen en buiten de doelzone is doorgebracht.
3. Het bereik van de geregistreerde oefentijd loopt van 00H00H00S
tot 99H59M59S.
9. Modus Calorieën Per Uur
1. Berekent de calorieën die per uur worden verbruikt aan de hand
van de huidige hartslag.
CAL/H
2. Het gewenste calorieverbruik kan worden beïnvloed door de
hartslagintensiteit te verhogen of te verlagen.
3. Het bereik van het calorieverbruik per uur loopt van 0 tot 9999 Kcal.
10. Afvalmodus
1. Berekent het gewicht dat u tijdens de oefening bent kwijtgeraakt
(met inbegrip van koolhydraten- en vetverbruik).
WT.LOS
2. Het bereik van het verloren gewicht loopt van 0 tot 9999.99 g.
11. Modus %Vetverlies
1. Calorieën worden verbruikt door de verbranding van koolhydraten
en vet. Deze functie kan het percentage van de verbruikte
vetcalorieën berekenen.
%FAT
2. Als het lichaam in een staat van rust verkeert, dan wordt de
energie voor 50% uit koolhydraten en voor 50% uit vet opgewekt.
Tijdens het uitvoeren van oefeningen zal de meeste energie
afkomstig zijn van koolhydraten, omdat het lichaam tijd nodig
heeft om vet in brandstof om te zetten. Korte intensieve
oefeningen zullen u daarom niet helpen bij het kwijtraken van vet.
Pulsports-300/400
Pulsports-300/400
H14- -H15
3. Vetverlies is afhankelijk van de duur en de intensiteit van de
oefening. Des te langer u oefent, des te meer vet er zal worden
verbruikt.
4. U kunt vet kwijtraken door lang te lopen of te joggen.
5. A Bij dezelfde hartslag zullen jongere mannen relatief meer vet
kwijtraken.
6. Het bereik van het vetpercentage loopt van 0 tot 70%.
12. Modus Vetverlies
1. Berekent het vetgewicht dat u tijdens de oefening bent
kwijtgeraakt.
FT
.
LOS
2. Dit is een goed referentiepunt bij het bepalen van het verloren
gewicht.
3. Het bereik van het vetverlies loopt van 0 tot 9999.99 g.
13. Maximum-modus
1. Bewaakt en registreert de maximale hartslag tijdens de oefening.
MAX
2. Het bereik van de maximale hartslag loopt van 40 tot 240 bpm.
14. Modus Binnen Doelzone
1. Berekent en registreert de oefentijd die binnen de doelzone is
doorgebracht.
IN
.
TM
2. Het bereik loopt van 00H00M00S tot 99H59M59S.
15. Modus Buiten Doelzone
1. Berekent en registreert de oefentijd die NIET binnen de doelzone
is doorgebracht.
OVR.TM
2. Het bereik loopt van 00H00M00S tot 99H59M59S.
16. Modus Gebruikersgegevens
1. U kunt gegevens als het geslacht, de leeftijd, het gewicht en de
lengte van de gebruiker invoeren.
USER
2. Persoonlijke gegevens zijn een belangrijk referentiepunt bij het
berekenen van calorieverbruik.
3. Beschikbaar voor 2 gebruikers.
4. Bereik leeftijd loopt van 5 tot 99.
5. Gewichtseenheid: kg van 10 tot 199
lb van 10 tot 499
6.
a). Druk op P.MODE om de modus "USER" te selecteren.
Instelling gegevens gebruiker:
b). Druk 2 seconden op SET om te beginnen met de gegevensinstelling
voor de gebruiker.
c). Druk op P.MODE om de instelmodus te wijzigen.
d). Druk op T.MODE of ST/SP om te kiezen tussen gebruiker 1 of 2.
e). Druk op T.MODE of ST/SP om te kiezen tussen geslacht man of
vrouw.
f). Druk op T.MODE of ST/SP om te kiezen tussen de gewichtseenheden
kg of lb.
g). Zie de procedures voor gegevensinstelling
voor het
wijzigen van de gebruikersgegevens. (Zie Fig. E)
Fig. E) Instelling gegevens gebruiker
17. Modus Totaal Vetverlies
1. Registreert het totale (geaccumuleerde) gewicht van het verloren vet.
T.FT.L
2. Als deze waarde niet wordt gereset, dan zullen de gegevens
bewaard blijven. U kunt in deze modus dus het geaccumuleerde
gewicht aflezen van het vet dat u in een week of maand bent
kwijtgeraakt.
3. Het bereikt loopt van 0 tot 9999.99 g.
18. Modus Calorietotaal
1. Registreert het totale (geaccumuleerde) aantal verbruikte calorieën.
T.CAL
2. Als deze waarde niet wordt gereset, dan zullen de gegevens
bewaard blijven. U kunt in deze modus dus het geaccumuleerde
aantal calorieën aflezen dat u in een week of maand bent kwijtgeraakt.
3. Het bereik loopt van 0 tot 9999.99 g.
19. Modus Gemiddeld
1. Berekent de gemiddelde hartslag tijdens de oefening. Met deze
functie kunt u erachter komen of de cardiopulmonale conditie
tijdens het uitvoeren van dezelfde oefeningen is verbeterd.
AVG
2. Het bereik van het gemiddelde loopt van 40 bpm tot 240 bpm.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H16- -H17
voorzorgsmaatregelen
1. Wees zuinig op uw borstriem. Was de borstriem in zeepsop en
spoel de riem vervolgens af met water. Laat de borstriem in de
lucht drogen. Leg de borstriem niet in een hete omgeving, sterke
zuren of alkalische stoffen. Hierdoor kan roest ontstaan.
2. Als u de huid nat maakt op de plek waar het geleidende materiaal
van de borstriem contact maakt, dan krijgt u een betere geleiding
en een stabieler signaal.
3. De lichamelijke conditie van de gebruiker kan invloed hebben op
de intensiteit van het gemeten signaal.
4. Gebruik de hartslagmonitor niet in de nabijheid van trams,
tramhaltes, transformators, elektrische stations en distributielijnen
met hoge spanning. Het radiosignaal zal worden beïnvloed door
hoge voltages en sterke magnetische velden.
5. Hoewel dit horloge tot op 30 meter diep waterdicht is, dient u de
knoppen van het horloge niet onder water te bedienen. Dit
horloge is niet geschikt voor duikers.
6. De levensduur van de batterij is 1 jaar, uitgaande van een gebruik
van 2 uur per dag. Vervang de batterij in een horlogezaak en haal
het horloge niet zelf uit elkaar.
SPECIFICATIES
OPAL/RUBY 300/400 Pulse-zender:
Type batterij: CR2032
Levensduur batterij: Gemiddeld 1300 uur.
(U kunt de batterij zelf vervangen).
Werktemperatuur: -10°C~50°C (14°F~122°F)
OPAL/RUBY 300/400 Pulse-polsontvanger:
Type batterij: CR2025
Levensduur batterij: Ongeveer 1 jaar.
Werktemperatuur: -10°C~50°C (14°F~122°F)
Waterdichtheid: 3 ATM
Handig voor oefeningen Pulsports Hartslagmonitor
Hartelijk dank voor uw keuze voor de Pulsports multifunctionele
hartslagmonitor. Pulsports is een onmisbare assistent voor
beginners, reguliere sporters en zelfs professionele atleten.
Met de Pulsports kunt u op professionele wijze de pols meten en
gegevens registreren. Het apparaat kan echter ook als een
normale klok worden gebruikt. U kunt de Pulsports niet alleen
tijdens oefeningen, maar ook daarbuiten dragen.
Om veilig gebruik te garanderen mogen de volgende personen de
Pulsports alleen in overleg met een dokter of coach gebruiken:
1. Mensen die lijden aan een cardiopulmonale ziekte
2. Mensen die kampen met zwaarlijvigheid.
3. Mensen die een langere periode geen oefeningen hebben
gedaan.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H18- -H19
lees voor het gebruik
van de pulsports eerst
deze handleiding
Het menselijk lichaam heeft water, lucht, zonlicht en voedsel nodig
om in leven te blijven. Water, vitaminen, vezels, koolhydraten,
eiwitten en vet zijn de hoofdbestanddelen van voedsel. De drie
hoofdbestanddelen (koolhydraten, eiwit en vet) geven het lichaam
energie via zuurstofverbranding. Normaliter zal er uit 1 liter zuurstof
5 Kcal worden gehaald. De verbrande zuurstof en de gegenereerde
energie zijn rechtlijnig evenredig.
Relatie tussen basisstofwisseling en hartslag
Als het lichaam dus meer zuurstof nodig heeft voor verbranding, dan
zullen de ademhaling en de hartslag versnellen om meer zuurstof te
leveren.
Energie-basisbehoefte
E
Totaal
=basisstofwisseling + energieverbruik -- Formule (1)
VO
2
=1 MET + O
2
-- Formule (2)
1. Basisstofwisseling
Energie wordt sowieso verbruikt, ook als we ons in rusttoestand
bevinden; het zuurstofverbruik is ongeveer 3.5ml/minuut/kg. Deze
waarde noemt men de MET (Metabolische Equivalent). De
minimale energie die nodig is voor het uitvoeren van dagelijks
lichamelijk werk noemt men de basisstofwisseling.
Basisstofwisseling (O
2
) = 1 MET = 3.5 mℓ O2/minuut/kg
O
2
= 3.5 mx 60 x 24/kg/dag = 5.04 ℓ/kg/dag
Kcal = 5.04 x 5 Kcal/kg/dag = 25.2 Kcal/kg/dag (1 ℓ O
2
= 5 Kcal)
2. Energieverbruik door werk of oefening
Om te kunnen werken of te oefenen heeft het lichaam energie nodig.
Slechts 22~25% (23%) van de gegenereerde energie is efficiënt. Dat
wil zeggen dat er ongeveer 4~5Kcal nodig zijn om 1Kcal energie te
genereren. 75~80% van de energie zal in hitte worden omgezet, die
tot uiting komt door transpireren.
3. Maximale zuurstofopname (VO
2
_
max) en gemeten
maximumhartslag
Volgens formule (1) en (2) zijn de door het lichaam benodigde
energie, de zuurstofopname, het gewicht en de
werk-/oefeningsbelasting rechtlijnig evenredig (zie grafiek onder).
Volgens formule (2) resulteert een grotere werk-/ oefeningsbelasting
in een evenredige toename van de energie en VO
2
. De energie
die het lichaam kan genereren is echter niet oneindig, omdat de
capaciteit van de longen en het hart beperkt is. De lichamelijke
conditie wordt daarom bepaald door de maximale
zuurstofopname. Mensen die meer zuurstof kunnen opnemen
hebben dus een betere lichamelijke conditie. VO
2
_
max kan in
laboratoria nauwkeurig worden vastgesteld. Ook de
maximumhartslag (HRM_max) kan worden gemeten.
4. Geschatte maximumhartslag
Volgens de formule van de ACSM (American Collage of Sports
Medicine) bedraagt de maximumhartslag HRM
_
max (BPM,
slagen per minuut) = 220 Leeftijd.
Met de hierboven genoemde formule kan de maximumhartslag
slechts worden geschat. Factoren als gewicht, lichamelijke
conditie en levensstijl kunnen resulteren in verschillende
uitkomsten, zelfs als de leeftijd van de betrokkenen hetzelfde is.
De tolerantie bedraagt ongeveer 10~12BPM.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H20- -H21
5. Sport en het cardiovasculaire systeem
Met de juiste oefeningen kunnen we de kracht van de spieren en
de cardiopulmonale conditie verbeteren. Deze verbetering van de
cardiopulmonale conditie is zichtbaar via de hartslag, die bij het
uitvoeren van een oefening met dezelfde intensiteit steeds lager
zal worden. Dankzij de verhoogde vitale capaciteit wordt er door
elke samentrekking van de hartspier (systole) meer bloed en
zuurstof getransporteerd, waardoor de skeletspieren meer
zuurstof krijgen. Dit resultaat kan met de Pulsports worden
gemeten. U zult trouwens zien dat bij een verbeterde
cardiopulmonale conditie ook de hersteltijd korter wordt.
Volgens cardiopathale statistieken met betrekking tot verschillende
beroepen in Japan hebben kantoormedewerkers 200% meer kans
op hartproblemen dan productiemedewerkers.Stedelingen hebben
143% meer kans op hartproblemen dan dorpelingen. Hieruit
kunnen we concluderen dat oefeningen de lichamelijke conditie
verbeteren en cardiopulmonale ziektes kunnen voorkomen.
- 1. Intensiteit
Oefeningen bestaan uit drie elementen
- 2. Duur
- 3. Frequentie
- 4. Soort oefening
Deze elementen kunnen als volgt worden gedefinieerd:
1.
De intensiteit van de oefening kan normaliter op twee manieren
gemeten worden:
Intensiteit van de oefening:
(a). Relatieve intensiteit van de oefening (%HRR): eerst dient u
het hart in rust te brengen (HR
_
rest). U kunt de hartslag 5
dagen achter elkaar opmeten op het moment dat u 's
ochtends wakker wordt (maar nog voor het opstaan).
Vervolgens kunt u een gemiddelde van de 5 waarden nemen.
De hartslag in rusttoestand kan tevens 2.5 uur na het eten
worden opgemeten. U dient dan voor het meten wel 3-5
minuten rustig te zitten. De vergelijking van het ACSM
(American College of Sports Medicine) voor de berekening
van de maximale hartslag luidt als volgt: HR
_
max (eenheid =
BPM: Beats Per Minute = slagen per minuut) = 220 Leeftijd.
De maximale hartslag (HR
_
max) van een jonge man van 20
jaar is dus 220-20=200 BPM.
Dus de relatieve intensiteit van de oefening (%HRR) =
(Huidige hartslag HR_rest) ÷ (HR_max HR_rest) ×
100%
(b). Pure intensiteit van de oefening (%HR) = Huidige hartslag ÷
HR
_
max × 100%.
De relatieve intensiteit van de oefening (%HRR) kan de
lichamelijke conditie nauwkeurig weergeven. Maar omdat het
moeilijk is om de hartslag in rusttoestand (HR_rest) periodiek
op te meten, berekenen de meeste hartslagmonitors de
hartslag in pure intensiteit van de oefening (%HR). Om
misverstanden en problemen te voorkomen, gebruikt de
Pulsports, net als monitors van andere fabrikanten, de pure
intensiteit van de oefening.
De hierboven genoemde vergelijking voor het meten van de
hartslag is slechts een ruwe benadering en kan alleen voor
volwassenen worden gebruikt. In sommige gevallen zullen
mensen van dezelfde leeftijd een andere hartslag hebben.
De tolerantie is ongeveer 10 tot 12 bpm. Mensen die kampen
met een cardiopulmonale ziekte of zwaarlijvigheid en
mensen die een langere periode niet geoefend hebben
zullen met een nauwkeurige maximale hartslag moeten
werken. De veiligste hartslag voor een man met een goede
lichamelijke conditie bedraagt ongeveer 90% van de
maximale hartslag. Een ouder, zwaarlijvig persoon met een
slechte lichamelijke conditie MOET in een lagere en veiligere
hartslagzone zitten.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H22- -H23
(c). Het ACSM heeft de intensiteit van de oefening ingedeeld in
een aantal niveaus:
% HR
_
Intensity
<35 Very light
<35-54 Light
<55-69 Moderate
<70-89 Hard
>90 Very hard
100 Maximal
(d). Tijdens het oefenen geeft de Pulsports-monitor uw hartslag,
de intensiteit van uw hartslag en het calorieverbruik per uur weer.
2. & 3.
De duur en frequentie van de oefeningen zijn afhankelijk van
hetgeen u wilt bereiken (zie onder).
Duur en frequentie van oefening:
(a). Beginner:
Week
Frequentie
(keren/week)
Duur
(minuten)
Intensiteit
1-2 3 15-20 Gemiddeld
1-2 3-4 20-30 Gemiddeld
(b). Afvallen:
Week
Frequentie
(keren/week)
Duur
(minuten)
Intensiteit
3-5 3-5 30-45 Licht
3-5 3-5 45-60 Gemiddeld
3-5 3-5 90-120 Gemiddeld
(c). Cardiopulmonale en lichamelijke conditie verbeteren:
Week Frequentie
(keren/week)
Duur
(minuten)
Intensiteit
3-5 3-4 20-30 Gemiddeld
3-5 3-5 30-45 Zwaar
(d). In goede cardiopulmonale en lichamelijke conditie blijven:
Week
Frequentie
(keren/week)
Duur
(minuten)
Intensiteit
--- 3-5 30-45 Zwaar
(e). Met de Pulsports-monitor kunt u de oefentijd, de efficiënte
oefentijd en de oefentijd binnen een bepaalde doelzone
registreren.
4.
Het soort oefeningen dat u moet uitvoeren is afhankelijk van
hetgeen u ermee wilt bereiken. Als u bijvoorbeeld wilt afvallen,
dan raden we u aan om te gaan joggen of lopen. Om het
cardiovasculaire systeem te verbeteren kunt u gaan zwemmen of
joggen. Vraag voor alle zekerheid advies aan een dokter of coach.
Soort oefening
Bij afvallen is het belangrijk dat uw voeding in balans is;
oefeningen kunnen het verbruik van de ingenomen calorieën
versnellen. Als u dagelijks 1 uur oefent maar niet minder gaat
eten, dan zult u nooit afvallen. Door het eten van een hamburger
of het drinken van een fles bier neemt u gemakkelijk teveel
calorieën op. Als u de consumptie van calorieën dus niet in
balans brengt, dan zult u nooit afvallen. Een gezonde verhouding
is 15~20% eiwit, 20~30% vet en 50~60% koolhydraten.
Daarnaast zijn ook vitaminen en mineralen noodzakelijk. Door
een dieet kunt u de hoeveelheid vet verminderen, maar
ondertussen kunnen de gegenereerde (vetzuren) uw lichaam
schade toebrengen. Een man heeft dagelijks tenminste
2000~3000 Kcal nodig. Deze waarde is afhankelijk van uw
leefpatroon. We raden u aan om aan uw voedingsdeskundige te
vragen hoeveel calorieën u per dag nodig heeft en wat voor
voedsel u het beste kunt eten.
Sport en afvallen
We nemen aan dat u reeds minder bent gaan dineren en we
zullen nu verdergaan met de functies van Pulsports, zodat u
beter kunt afvallen.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H24- -H25
1.
Berekening van calorieën
Energieberekening
Als W= F×S×
η
, dan kunnen de fysieke vergelijking gebruiken
om het calorieverbruik te berekenen. "W" staat voor het
eigenlijke werk, "
η
" staat voor de mechanische lichamelijke
efficiëntie. Het bereik ligt tussen 22-25%. Deze vergelijking
resulteert in het volgende: als W=1000 Kcal en de
mechanische lichamelijke efficiëntie ongeveer 1000÷0.25 ~
1000÷0.22 bedraagt, dan is het verbruik 4000 ~ 4500 Kcal.
Trek het eigenlijke werk van 1000 Kcal daarvan af en we zien
dat er in feite 3000 ~ 3500 Kcal verbruikt zijn.
Energieverbruik bij dagelijks werk:
Soort werk Duur Man Vrouw
Slapen 8 uur 460 Kcal 350 Kcal
Dineren 1 uur 90 Kcal 70 Kcal
Autorijden 0.5 uur 50 Kcal 35 Kcal
Staan 1 uur 125 Kcal 95 Kcal
Kantoorwerk 6 uur 620 Kcal 465 Kcal
Koken 1.5 uur 245 Kcal 180 Kcal
Douchen 0.2 uur 70 Kcal 50 Kcal
Met de tabel hierboven kunt u uitrekenen hoeveel Kcal u
nodig heeft.
2.
Er bestaan verschillende vergelijkingen voor het berekenen van
het ideale lichaamsgewicht. Normaliter gebruikt men de
vergelijking van ACSM. Deze gebruikt de BMI (Body Mass Index
= Lichaamsmassa-index) als referentie voor het ideale
lichaamsgewicht.
Ideaal lichaamsgewicht
BMI = Gewicht (kg) ÷ kwadraat van lengte (m
2
)
De ideale BMI voor een man is 22.
De ideale BMI voor een vrouw is 21.
Normaliter ligt een goed gewicht in een bereik van ±10% van
de ideale waarde. Een goede BMI bedraagt dus voor een man
19.8 ~ 24.2 en voor een vrouw 18.9 ~ 23.1.
An easy way find your ideal body weight is:
Male: Square of Height (m
2
) × 22
Female: Square of Height (m
2
) × 21
Het ideale lichaamsgewicht van een man van 175 cm is 67 kg
(1.75
2
× 22). Een goed gewicht is dus 60.3 ~ 73.7 kg (±10%
van ideaal lichaamsgewicht).
3.
a). Hartslag en calorieverbruik:
Juiste manier van afvallen
Het lichaam haalt energie uit brandstoffen, zoals
koolhydraten en vet. Tijdens dit proces levert het
cardiovasculaire systeem zuurstof aan de skeletspieren. Als
de skeletspieren veel zuurstof nodig hebben, dan zullen de
brandstoffen sneller worden verbrandt. We kunnen het
cardiovasculaire systeem en de skeletspieren trainen door
te oefenen. We raden u aan om minstens 3 tot 5 dagen per
week 20 minuten te oefenen. Als u vet wilt kwijtraken, dan is
het raadzaam om meer dan 30 minuten per dag te oefenen.
Vetverlies is afhankelijk van de duur en de intensiteit van de
oefening. Des te langer u oefent, des te meer vet er zal
worden verbruikt. Zorg voor een warming up en een cooling
down. Om blessures te voorkomen raden we u aan om
voor/na elke oefening een warming up/cooling down te doen
en u tenminste 5~10 minuten voorzichtig te strekken. Als u
30 minuten oefent en tevens een warming up en een
cooling down doet (10 tot 20 minuten), dan zult u gemiddeld
50 minuten kwijt zijn aan een workout. Als u niet genoeg tijd
heeft of niet 50 tot 60 minuten achter elkaar kunt oefenen,
dan kunt u twee keer per dag 30 minuten oefenen. Tot 30
minuten na de oefening zal het lichaam vet blijven
verbranden; ook dan zullen er dus calorieën worden verbruikt.
b). Het principe van afvallen en aankomen:
(b-1). Aankomen door oefeningen
Dagelijkse oefencapaciteit = Dagelijkse
calorie-inname Basisstofwisseling Dagelijks
energieverbruik door werk
(b-2). Afvallen door oefeningen
Dagelijkse oefencapaciteit > Dagelijkse
calorie-inname Basisstofwisseling Dagelijks
energieverbruik door werk
Op deze manier verbrandt het lichaam het teveel aan vet.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H26- -H27
c). Juist afvallen:
Reguliere intense oefeningen kunnen helpen bij het verbruik
van extra calorieën. U kunt echter beter een afvalplan
opstellen. U dient een plan te hebben waarmee u de duur
van de oefeningen vastlegt. U kunt het plan verdelen in
stappen van 6 maanden. Hou het dagelijkse verbruik op
ongeveer 300~500 Kcal en val elke week 0.5 kg af. Verlies
bij elke stap niet meer dan 10% van uw gewicht, om te
voorkomen dat het afvallen een nadelige invloed op uw
gezondheid heeft.
4.
De Pulsports heeft een speciale functie waarmee u het
calorieverbruik en het gewichtsverlies kunt berekenen.
Uw gewicht onder controle houden met Pulsports
a). K
_
cal: berekent het calorieverbruik per oefening.
b). T
_
CAL: registreert het calorieverbruik per week of per maand.
c). WT
_
LOS: berekent het verloren gewicht per oefening, met
inbegrip van water, koolhydraten en vet.
d). %Fat Loss: berekent het percentage vet dat u met de
verbruikte calorieën heeft verloren. U zult zien
dat het verloren vet afwijkt van de verloren
calorieën en afhankelijk is van de intensiteit
van uw hartslag.
e). FT_LOS: berekent het verbruikte vet per oefening (er wordt
20% afgetrokken voor het in vet aanwezige water).
Pulsports geeft het eigenlijke gewicht van het
verloren vet weer.
f). CAL/H: Calorieverbruik per uur. Het gewenste calorieverbruik
kan worden beïnvloed door de hartslagintensiteit te
verhogen of te verlagen.
Voorbeeld: een 25 jaar oude vrouw met een gewicht van 50 kg
doet oefeningen met een lichte intensiteit.
Calorieverbruik per uur: 210 Kcal (4.2 × 50) ~ 255 Kcal (5.1 × 50).
Man
Intensiteit
Leeftijd
Zeer licht Licht Gemiddeld Zwaar Zeer zwaar
59~65% 66~72% 73~79% 80~87% 88~94%
20~29 5.1~6.3 6.6~7.5 7.8~8.7
9.0~10.2
10.5~11.7
30~39 4.8~6.0 6.3~7.2 7.5~8.4 8.7~9.6 9.9~11.1
40~49 4.5~5.7 5.7~6.6 6.9~7.8 8.1~9.0 9.3~10.2
50~59 4.2~5.1 5.4~6.0 6.3~7.2 7.5~8.1 8.4~9.6
60+ 3.9~4.5 4.8~5.4 5.7~6.6 6.9~7.5 7.8~8.7
Vrouw
Intensiteit
Leeftijd
Zeer licht Licht Gemiddeld Zwaar Zeer zwaar
59~65% 66~72%
73~79% 80~87% 88~94%
20~29 4.2~5.1 5.4~6.0 6.3~7.2 7.5~8.1 8.4~9.6
30~39 4.2~4.8 5.1~6.0 6.3~6.9 7.2~7.8 8.1~9.3
40~49 3.9~4.5 4.8~5.4 5.7~6.3 6.6~7.2 7.5~8.4
50~59 3.3~3.9 4.2~4.8 5.1~5.7 6.0~6.6 6.9~7.5
60+ 3.0~3.6 3.9~4.5 4.8~5.4 5.7~6.3 6.3~6.9
De hierboven genoemde functies zijn alleen beschikbaar als de
hartslag hoger ligt dan 90 bpm.
De hierboven genoemde waarden zijn afhankelijk van uw persoonlijke
kenmerken en hartslag.
Het berekende en geregistreerde calorieverbruik heeft betrekking
op het het gehele oefenproces, niet alleen de oefening zelf.
Alle functies die te maken hebben met de vergelijking en de
gegenereerde waarde zijn gebaseerd op de “beenbelastende
oefeningen”, bijvoorbeeld lopen en joggen. De hartslag zal aan
het begin van de oefening niet stabiel zijn, dus het berekende
calorieverbruik is niet nauwkeuring. De juiste waarde zal na een
warming up kunnen worden afgelezen.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H28- -H29
Het juiste oefenproces wordt in de grafiek hieronder
weergegeven. Er is sprake van drie elementen:
Speciaal Pulsports-ontwerp Programmeerbare
doelzone
1. Warming up: om blessures te voorkomen raden we u aan om voor
elke oefening een warming up te doen en u tenminste 5~10
minuten voorzichtig te strekken.
2. Doelzone: houd de vooraf bepaalde intensiteit van de oefening
tenminste 20 minuten vast om er zeker van te zijn dat de oefening
resultaat oplevert.
3. Afkoelen: net zo belangrijk als de warming up. Ons lichaam
heeft tijd nodig om vanuit de oefening in rusttoestand terug te
keren. Met een afkoelperiode van 5~10 minuten kunt u blessures
voorkomen.
.
Voor een goede oefening heeft u een warming up nodig van
tenminste 5~10 minuten. Ook bij verschuivingen naar andere
doelzones heeft u 3-5 minuten nodig om stabiel te worden.
Tijdens deze periode zal het doelzone-alarm afgaan. Let daar
niet teveel op. Het lichaam is bezig zich aan te passen aan de
intensiteit van de hartslag, dus zorg ervoor dat u het huidige
tempo van de oefening ondanks het piepen gewoon vasthoudt.
Anders zal uw oefengrafiek er als volgt uitzien (zie onder). U zult
makkelijker vermoeid raken en dat zal invloed hebben op het
resultaat van de oefening.
Tijdens het oefenen is het niet nodig om te stoppen en de
doelzone van de Pulsports opnieuw in te stellen. Er zijn een
aantal speciale functies:
a). H: Handmatig verschuiven. Voor de oefening kunnen er 1~9
doelzones worden ingesteld. U kunt de doelzone
verschuiven door op de knop ST/SP te drukken; dat is
vooral handig voor beginners. U kunt de geregistreerde
oefengrafiek als referentie gebruiken bij het instellen van
de volgende 2 functies.
b). T: Automatische zoneverschuiving aan de hand van vooraf
gedefinieerde oefentijd. Ook de doelzones 1~9 kunnen
vooraf apart worden ingesteld. De stopwatch zal aftellen
en uiteindelijk een alarm (2 piepjes) af laten gaan. Dit
geluid herinnert u eraan dat u naar de volgende doelzone
gaat. Als u 10 seconden een pieptoon hoort, dan heeft u
alle doelzones doorlopen. Deze functie is geschikt voor
reguliere sporters. De aftelfunctie wordt namelijk niet
beïnvloed door de hartslag en de doelzone.
c). E: Lijkt op de functie “T”. De afteltimer baseert zich op de
oefentijd en wijkt af van de T-modus. De timer zal aftellen
omdat uw hartslag op een laag niveau voor de vooraf
ingestelde doelzone moet komen. Deze functie is geschikt
voor professionele atleten.
Pul sports-300/400
Pulsports-300/400
H30- -H31
1

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für Echowell RUBY-400 wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Andere Handbücher von Echowell RUBY-400

Echowell RUBY-400 Bedienungsanleitung - Englisch - 15 seiten

Echowell RUBY-400 Bedienungsanleitung - Französisch - 15 seiten


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info