Luchttoevoer
Wanneer een luchttoevoerkanaal vanaf de buitenkant van het gebouw op de ketel aangesloten, dan wordt de
ketel als een gesloten ketel beschouwd.
Het luchttoevoerkanaal mag PVC, PP of RVS zijn.
10.4.1 KWALITEIT VERBRANDINGSLUCHT
Verbrandingslucht moet vrij zijn van deeltjes en/of vervuilingen. Denk hierbij onder meer aan chloor, ammoniak
en/of loogzouten, stof, zand en stuifmeel. Ketels, die in de buurt van een zwembad, wasmachine, chemische
industrie of wasserette worden geïnstalleerd, kunnen hiermee te maken krijgen.
10.4.2 LUCHTTOEVOER DOOR VOCHTIGE RUIMTES
Als het luchttoevoerkanaal door een vochtige ruimte loopt (bijvoorbeeld een kas), moet het kanaal dubbelwandig
worden uitgevoerd en/of worden geïsoleerd. Dit om eventuele condensvorming aan de buitenzijde van het kanaal
te voorkomen. Het is niet mogelijk om de binnenzijde van de luchttoevoerkanalen te isoleren, daarom moet men
er zeker van zijn, dat ook hier geen condensvorming kan plaatsvinden.
Bij dak montage moet de luchttoevoer beschermd worden tegen eventuele regen, zodat er geen regenwater de
ketel instroomt.
10.4.3 LEIDINGMATERIALEN LUCHTINLAAT
De luchtinlaatpijp(en) moeten lekvrij worden aangesloten. Neem luchtinlaatpijpmaterialen uit de volgende lijst:
▪ PVC/ PP
▪ Flexibel propyleen buis.
Verzinkte stalen ontluchtingspijp met afdichtingen, zoals aangegeven in dit hoofdstuk.
Lucht uit de stookruimte
Bij utiliteits toepassingen, waarbij gebruik wordt gemaakt van de ketel, mag deze worden geïnstalleerd met alleen
een rookgas pijp, terwijl verbrandingslucht uit de stookruimte wordt gebruikt. Voor deze toepassing, moeten de
volgende voorwaarden en overwegingen worden opgevolgd.
• De stookruimte MOET worden voorzien van openingen van de juiste grootte om voldoende verbrandings-
lucht te garanderen. Deze ventilatieopeningen moeten open zijn en mogen niet gesloten of geblokkeerd
zijn. Vereisten in overeenstemming met nationale en lokale normen zijn bijv. NEN 3028 en BS 6644.
• Tijdens normale werking zal er een merkbare toename zijn van het geluidsniveau vanaf de inlaatlucht-
opening.
• Luchttoevoersysteem en -aansluitingen moeten voldoen aan de standaard luchttoevoer instructies die in
deze handleiding zijn beschreven.
10.5.1 VERVUILDE LUCHT
Zwembad- en schoonmaak producten en gewone huishoudelijke en hobbyproducten bevatten vaak
fluor- of chloorverbindingen. Wanneer deze chemicaliën door de ketel worden aangezogen, kunnen ze
sterke zuren vormen. Het zuur kan de ketel aantasten, waardoor ernstige schade ontstaat en er moge-
lijke een dreiging van lekkage van rookgas of het lekken van ketelwater in het gebouw kan ontstaan.
Lees de informatie in de onderstaande lijst over verontreinigingen en ruimtes die deze kunnen bevatten. Als er
verontreinigende chemicaliën aanwezig zijn in de omgeving van de luchtinlaat van de ketel, laat dan uw installa-
teur de lucht toevoer opnieuw aanleggen en breng deze dan naar een andere locatie, zoals beschreven in deze
handleiding.