Geluid
Het geluid van dit elektrisch gereedschap is gemeten
volgens DIN EN ISO 3744: 1995-11, DIN EN ISO
11201:
1996-07, ISO 7960 aanhangsel A: 1995-02.
Het geluid op de werkvloer kan 85 db (A)
overschrijden. In dit geval zijn geluidswerende
maatregelen voor de bediener vereist.
5. Vóór inbedrijfstelling
De houtdraaibank moet worden opgesteld zodat
ze veilig staat, d.w.z. hij moet op een werkbank of
een vast onderstel worden vastgeschroefd.
Vóór inbedrijfstelling dienen alle afdekkingen en
veiligheidsinrichtingen naar behoren te zijn
gemonteerd.
Controleer of de gegevens vermeld op het
kenplaatje overeenkomen met de gegevens van
het stroomnet alvorens het gereedschap aan te
sluiten.
Let op! Voordat u de machine anders uitrust
(eindmeenemer / stelplaat) of van toerental
verandert dient principieel de netstekker uit het
stopcontact te worden verwijderd om te
voorkomen dat de machine, b.v. door andere
personen, per ongeluk wordt aangezet.
5.1 Montage (fig. 2-5)
Draai de vleugelschroef (12) de
gereedschapssteun (3) in zoals getoond in fig. 2.
Breng het handwiel (8) op de lossekopspil (7) aan
zoals getoond in fig. 3. Let erop dat de zijkant van
het handwiel (8) met de stifttap over het
afgevlakte deel van de lossekopspil (7) wordt
geleid. Haal de stifttap aan m.b.v. de bijgeleverde
inbussleutel (fig. 4) en schroef de krukgreep (8a)
op het handwiel (8) vast (fig. 5).
5.2 Verstellen van de losse kop (fig. 6, pos. 6)
De losse kop (6) wordt verplaatst na het
losdraaien van de spanbeugel (10) die zich
onderaan het machinebed (9) bevindt.
Na het afstellen van de optimale spandruk d.m.v.
het handwiel (8) dient de lossekopspil (7) te
worden geborgd d.m.v. de contramoer (5).
5.3 Verstellen van de gereedschapssteun
(fig. 7, pos. 3)
De gereedschapssteun (3) moet na het
losdraaien van de vleugelschroef (12) in de
hoogte worden versteld.
De gereedschapssteun (3) kan na het loszetten
van de spanbeugel (11) onderaan het
machinebed (9) in de lengterichting worden
verplaatst.
De gereedschapssteun (3) moet zo dicht mogelijk
bij het werkstuk worden gebracht zonder dit
echter te raken.
5.4 Afstellen van het toerental (fig. 8 - 10)
Netstekker uit het stopcontact verwijderen
Borgschroef (13) losdraaien, deksel (16) van het
huis openen en motorspanschroeven (17)
losdraaien. V-snaarschijf (18) van de motor
optillen teneinde de v-snaar (19) te ontspannen.
V-snaar (19) naar het gewenste toerentaltrap
verplaatsen (erop letten dat de v-snaar in lijn
ligt!).
Het spannen van de v-snaar gebeurt door
neerlaten van de motor; het eigen gewicht van de
motor is hierbij voldoende.
Motorspanschroef (17) na het afstellen van het
toerental terug aanhalen, deksel (16) van het huis
sluiten en vastzetten d.m.v. de borgschroef (13).
Een tabel met de overeenkomstige toerentallen
bevindt zich aan de binnenkant van het deksel
(16).
5.4.1 Kiezen van het juiste toerental
Begin bij nieuwe draaistukken principieel met een
zo laag mogelijke snelheid en verhoog die
naarmate de onbalans van het te draaien stuk
vermindert.
Toerental vooraf kiezen volgens de
snijsnelheidstabel, bij onronde werkstukken met
een laag toerental beginnen.
De keuze van het juiste toerental hangt bij het
draaien van meerdere factoren af. (b.v. grootte,
onbalans, materiaal etc. van het werkstuk)
Als vuistregel geldt: Onronde werkstukken, grote
werkstukken, hard hout – laag toerental.
5.5 Eindmeenemer vervangen door stelplaat
(fig. 11 - 12)
Zet de bijgeleverde moersleutel (14) aan op het
sleutelvlak van de spil onmiddellijk achter de
eindmeenemer (2).
Draai de eindmeenemer (2) tegen de richting van
de wijzers van de klok in los m.b.v. een tweede
moersleutel (14) terwijl u met de andere sleutel
tegenhoudt.
Draai dan de stelplaat (15) de schroefdraad van
de spil op en haal die op de spil aan m.b.v. de
moersleutels (14).
5.6 Eindmeenemer en losse center (fig. 1)
De eindmeenemer (2) dient om de motorkracht
tijdens het draaien tussen centers over te
brengen naar het werkstuk.
Bij het werken tussen eindmeenemer (2) en
centreerpunt (4) dient erop te worden gelet dat
NL
18
