8. Elektrische aansluiting op het binnenapparaat
Let wel: de elektrische aansluiting mag alleen door
een elektricien worden uitgevoerd die erkend is door
de energievoorzieningsmaatschappij.
Gebruik uitsluitend de bijgeleverde verbindingskabel
of, indien die niet lang genoeg is, een
rubberslangkabel H07RN-F 5x1,5 mm².
Verwijder de hoekafdekking van het
binnenapparaat.
Sluit de kabel aan op het binnenapparaat
volgens het aansluitschema (fig. 24).
(N = blauwe ader, PE = geel/groene ader)
C. Bevestiging van het toestel buiten
Let zeker op de montageaanwijzingen.
1. Voor de montage
Kies de plaats van het toestel buiten (let op de
bovenstaande aanwijzingen voor de keuze van
de plaats).
Kijk of de voorhanden zijnde netspanning
overeenkomst met de netspanning die op het
gegevensbordje aangegeven staat. Deze
spanning moet dezelfde zijn.
Het verschil tussen binnen- en buitenapparaat
kan met de ingesloten stukken maximaal 4 m
bedragen.
Wanneer het toestel buiten hoger geplaatst
wordt dan het toestel binnen, let er dan op dat er
een boog gemaakt wordt in de leiding voor het
koelmiddel die lager ligt dan de onderkant van
het toestel binnen.
Bevestig de afvoer voor het condenswater op de
bodem van het toestel buiten.
Montage van het toestel buiten
Het toestel buiten kan met pluggen en schroeven
aan de grond of aan een muurconsole (vb.
speciale onderdelen art.nr. 23.651.57) bevestigd
worden. Gebruik hiervoor de gaten in het toestel.
Aansluiting van de koelmiddelleidingen
Voor de aansluiting van de koelmiddelleidingen op
het buitenapparaat gaat u te werk zoals beschreven
onder punt B.5. Gelieve de volgende bijzondere
aanwijzingen in acht te nemen.
1. Belangrijke opmerkingen
Let erop dat het koelmiddel niet in het milieu
terecht mag komen.
Bij onjuiste omgang met koelmiddel kan u
schade aan uw gezondheid oplopen. Draag voor
uw eigen veiligheid bij de omgang met
koelmiddel werkhandschoenen en een
veiligheidsbril.
De werkplaats moet altijd goed verlucht worden.
Roken is niet toegelaten.
Het toestel mag niet werken zonder aansluiting
van de leidingen voor koelmiddel, anders gaat
het toestel stuk.
Let op
1.Servicewerkzaamheden mogen enkel door een
professioneel bedrijf uitgevoerd worden. Vraag
hiervoor onze lijst met servicepartners.
2.Wanneer de verbindingsleiding die spanning levert
tussen het toestel binnen en het toestel buiten
beschadigd is, contacteert u best een
professioneel bedrijf.
3.Wanneer de netleiding beschadigd is, moet deze
door een elektricien vervangen worden.
4.Opmerking:
a) De maximale lengte van de koelmiddelleiding in
de basisuitrusting bedraagt 4 meter.
b) Wanneer het toestel buiten hoger hangt dan het
toestel binnen moet in de leiding voor koelmiddel
een boog gemaakt worden die lager ligt dan het
toestel binnen.
Elektrische aansluiting
Afdekking van de aansluiting op het
buitenapparaat verwijderen.
Elektrische leiding volgens het figuur aansluiten;
de aansluiting van de veiligheidsleider in acht
nemen.
Erop letten dat de kleuren van de aders op de
klemmen van het binnenapparaat en het
buitenapparat identiek zijn.
Afdekking van de aansluiting op het
buitenapparaat aanbrengen.
Na de montage van het apparaat dient u de
elektrische veiligheid te controleren. De
isolatieweerstand moet meer dan 2 megaohms
bedragen.
16. Evacuering
Zijn de verbindingsleidingen geïnstalleerd, kan de
installatie luchtledig worden gemaakt m.b.v. een
vacuümpomp en kan de dichtheidscontrole worden
uitgevoerd.
17. Ingebruikneming
De ingebruikneming dient door een geautoriseerde
deskundige te gebeuren en moet worden
gedocumenteerd.
NL
21