8
NL
Doe levensmiddelen altijd in een afgesloten schaaltje.
Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertemper-
atuur afkoelen voordat u ze in het apparaat zet.
Houd de condensor aan de achterkant van het apparaat
schoon.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatie-
materiaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aantasten.
Het apparaat mag niet samen met huisvuil of gesloopte
apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt van
milieubescherming moeten afgedankte koel- en
vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op
deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de
gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg
ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor recy-
cling.
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het
gebruik in de vorm van ijs of rijp afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het
koelvermogen wordt minder, de temperatuur stijgt, er is
meer energie nodig en als ijs of rijp te dik worden, kan de
deur van de vriesruimte niet meer open, de deur kan zelfs
kapotgaan.
Bij dit type apparaat gebeurt het ontdooien van de koel-
ruimte automatisch, zonder dat u daaraan iets hoeft te doen.
De thermostaat onderbreekt regelmatig de werking van de
compressor. Het koelen wordt dan onderbroken, de tem-
peratuur in de koelruimte stijgt en het ontdooien begint. Na
het ontdooien start de thermostaat het koelen weer.
Het dooiwater loopt via het dooiwaterafvoergootje in het
condensbakje bovenop de compressor en verdampt door
de warmte.
Controleer regelmatig of het dooiwaterafvoer-
gootje niet verstopt is. Als het afvoergootje ver-
stopt is, kan het dooiwater schade veroorzaken aan de
isolatie van het apparaat.
Maak het gootje schoon m.b.v. het meegeleverde krabbert-
je (zie afb.). Het krabbertje kunt u weer in het gootje opber-
gen.
Controleer regelmatig of het dooiwaterafvoergootje niet ver-
stopt is.
Meestal raakt het afvoergootje verstopt door in papier ver-
pakte levensmiddelen. Het papier komt in aanraking met de
achterzijde van de koelruimte en vriest daaraan vast. Als u
de levensmiddelen uit de koelruimte haalt, scheurt het papi-
er en dat kan tot verstopping van het afvoergootje leiden.
Doe dus voorzichtig met in papier verpakte levensmiddelen.
Als erg veel koelvermogen nodig is, bijv. tijdens een
hittegolf, werkt de koelkast soms continu. Er wordt
dan niet automatisch ontdooid.
Het is niet abnormaal als er na het ontdooien kleine restjes
ijs en rijp op de achterkant van de koelruimte achterblijven.
De vriesruimte kan niet automatisch ontdooid worden,
omdat de diepvriesproducten geen hogere temperaturen
kunnen verdragen.