N Gegevenslampje
De status van de netwerkverbinding en de ontvangst van gegevens wordt aangegeven met een brandend of
knipperend lampje.
Aan : Verbonden.
Knippert : Ontvangst van gegevens.
O Statuslampje
De kleur geeft de snelheid van het netwerk aan.
Uit : 10Base-T
Rood : 100Base-T
Groen : 1000Base-T
P Bedieningspaneel
U “Bedieningspaneel” op pagina 15
Q Waarschuwingslamp
Dit lampje licht op of knippert als zich een fout voordoet.
Licht op of
knippert
: Er heeft zich een fout voorgedaan. Het knipperen of oplichten van de lamp is afhankelijk van het soort
fout. Het bedieningspaneel geeft een beschrijving van de fout weer.
Uit : Geen fout.
R Rolsteun
Plaats een rol papier bij het laden op de steun en sluit de rolpapieradapters aan.
U “De rolpapieradapter aanbrengen” op pagina 33
S Adaptergeleiders
Geleiders voor het aansluiten van rolpapier. Beweeg de rol langs deze geleiders om hem op de adapterhouder vast te
maken.
U “De rolpapieradapter aanbrengen” op pagina 33
T Rolvergrendelhendel
Een hendel die een rol papier op zijn plaats vergrendelt nadat de rol is vastgemaakt aan de adapterhouder.
U Adapterhouder
De rolpapieradapter wordt in deze houder geplaatst nadat het rolpapier is vastgemaakt.
V Papiersleuf
De sleuf waardoor rolpapier en losse vellen worden ingevoerd tijdens het afdrukken.
Voer losse vellen één voor één in.
W Printkop
Beweegt naar links en rechts en brengt inkt aan via een groot aantal uiterst fijne spuitkanaaltjes.
SC-T7200 Series/SC-T5200 Series/SC-T3200 Series/SC-T7200D Series/SC-T5200D Series Gebruikershandleiding
Inleiding
11