12. Plaats de kachel niet vlakbij- onder- of gericht op een stopcontact en niet in de
buurt van open vuur of warmtebronnen.
13. Gebruik de kachel niet vlakbij of gericht op meubels, dieren, gordijnen, papier,
kleding, beddengoed of andere brandbare zaken. Houd dit minstens 1 meter
van de kachel verwijderd!
14. Bedek een kachel nooit! Aanzuig- en uitblaasopeningen mogen op geen enkele
wijze worden geblokkeerd, om brand te voorkomen. Gebruik de kachel dus ook
nooit om kleding op te drogen of iets op te zetten en plaats hem niet op zachte
oppervlakken als een bed of hoogpolig tapijt, waardoor openingen afgesloten
kunnen raken.
15. De lucht rond een kachel moet vrij kunnen circuleren. Plaats hem dus niet te
dicht op muren of grote voorwerpen en niet onder een plank, kast o.i.d.
16. Voorkom dat vreemde voorwerpen door de ventilatie- of uitblaasopeningen de
kachel binnendringen. Dit kan een elektrische schok, brand of beschadiging
veroorzaken.
17. Laat een werkende kachel nooit zonder toezicht achter maar schakel hem éérst
uit en neem vervolgens de stekker uit het stopcontact. Altijd stekker uit het
stopcontact als de kachel niet in gebruik is! Pak de stekker daartoe in de hand;
trek nooit aan het snoer!
18. Deze kachel wordt heet tijdens het gebruik. Om brandwonden te voorkomen
niet met de blote huid de hete oppervlakken aanraken!
19. Schakel altijd de kachel uit, neem de stekker uit het stopcontact en laat de
kachel eerst afkoelen wanneer u:
- de kachel wilt schoonmaken
- onderhoud aan de kachel wilt uitvoeren
- de kachel aanraakt of verplaatst.
20. Stel de kachel niet automatisch in werking d.m.v. een tijdklok o.i.d. Voor gebruik
dient er altijd op veilige omstandigheden te worden gecontroleerd!
21. Zorg voor zorgvuldig toezicht wanneer dit apparaat wordt gebruikt in de
aanwezigheid van kinderen, handelingsonbekwame personen of huisdieren. Dit
apparaat is niet geschikt om te worden gebruikt door personen (incl. kinderen)
met een fysieke- zintuiglijke- of mentale beperking, of gebrek aan ervaring en
kennis, ongeacht of er toezicht is of instructie is gegeven aangaande het
gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid. Er dient op te worden toegezien dat kinderen niet met het apparaat
spelen.
22. Houd de kachel schoon. Stof, vuil en/of aanslag in de kachel is een
veelvoorkomende reden voor oververhitting. Zorg ervoor dat dergelijke neerslag
regelmatig wordt verwijderd.
23. Stel het apparaat niet in werking wanneer u beschadigingen constateert aan
apparaat, elektrokabel of stekker, of wanneer het slecht functioneert, is gevallen
of op andere wijze een storing vertoont. Breng het complete apparaat terug naar
uw leverancier of een erkend elektricien voor controle en/of reparatie. Vraag
altijd om originele onderdelen.
24. Gebruik geen toevoegingen/accessoires op de kachel, die niet zijn aanbevolen
of geleverd door de fabrikant.
25. Het apparaat (incl. elektrokabel en stekker) mag uitsluitend worden geopend
en/of gerepareerd door daartoe bevoegde en gekwalificeerde personen.
26. Gebruik de kachel uitsluitend voor het doel waarvoor hij is ontworpen en op de
wijze zoals beschreven in dit instructieboekje.