5 - Ventilatieknop tankdop
De tankdop is voorzien van een ventilatieknop.
Vóór het starten van de motor moet de ventilatieknop vanuit
de gesloten stand (CLOSED), met de klok mee op stand
OPEN worden gedraaid.
Dat voorkomt dat de brandstoftank vacuüm zuigt en de
benzine niet goed doorloopt. Zodra de motor is
uitgeschakeld draait u de ventilatieknop tegen klok in weer dicht. Tijdens transport
en opslag dient de ventilatieknop altijd dichtgedraaid te zijn.
6 – Brandstofkraan
Als u het brandstofkraan open zet (ON) wordt de
brandstoftoevoer
naar de carburateur geopend. Door het kraantje dicht te
draaien (OFF) sluit u de toevoer af.
Controle voor gebruik
Let op:
Als u het generator voor de eerste keer gebruikt
dient u de tank met minimaal 2/3 van de
tankinhoud te vullen.
Druk voor gebruik het brandstof pomp (17) 6x
langzaam in om de benzine in de carburateur te
pompen
De controle voor gebruik dient elke keer dat u
het generator gebruikt te worden uitgevoerd
1 – Controleer het brandstofpeil
Overtuig u ervan dat er voldoende brandstof in
de tank zit
Als er te weinig brandstof in zit, vul dan bij met
loodvrije benzine; zorg ervoor dat het filter altijd
in de vulopening van de tank zit als u bijvult, zie
afb.
De inhoud van de brandstoftank is vermeld in de
tabel Technische gegevens
Waarschuwing:
Vul geen brandstof bij met draaiende of nog hete
motor!
Sluit de brandstofkraan voor u brandstof bijvult!
Voorkom dat er stof, vuil, water of andere
materialen/voorwerpen in de brandstof terecht
komen!