Neem de stekker uit het stopcontact als u het apparaat langere tijd niet gebruikt.
Als de water opvangbak vol is zal het display het water opvangbak symbool tonen, de
compressor en de ventilator automatisch afslaan. Tevens hoort u een pieptoon.
Wanneer u de water opvangbank niet leeg maakt, zal de pieptoon elke 5 minuten
worden herhaald. Pas nadat u de water opvangbak hebt leeg gemaakt kan het apparaat
weer in gebruik worden genomen.
U installeert een continu-afvoer door de water opvangbak uit te nemen, de rubberen
stop aan de zijkant van de water opvangbak te verwijderen en een slang aan te sluiten
op deze afvoer. Plaats vervolgens de water opvangbak en leid de slang vanuit het
apparaat naar beneden in een geschikte afvoer.
Laat de ontvochtiger bij het verplaatsen nooit meer dan 45° overhellen om schade aan
de compressor te voorkomen.
Het apparaat werkt tussen 5°C en 32°C.
Tijdens de werking geeft de compressor warmte af, die de ruimtetemperatuur 1 tot 3°C
kan doen stijgen. Dat is normaal.
Als de temperatuur binnen onder de 10°C en de luchtvochtigheid vrij laag is, dan is het
niet nodig het apparaat te gebruiken.
Zorg ervoor dat er minimaal 10 cm vrije ruimte is tussen de luchtinlaat- en
–uitlaatopeningen en bijv. de muur.
Probeer de ruimte zoveel mogelijk af te sluiten om het ontvochtigingsresultaat te
vergroten.
Reiniging
Teveel stof op het filter heeft invloed op de ontvochtiging en kan zelfs het functioneren
beïnvloeden. Maak het filter dus regelmatig schoon, zeker maandelijks, en in een stoffige
omgeving zelfs wekelijks of dagelijks. Neem
daartoe het filter (1) uit het voorpaneel.
Verwijder eerst het losse vuil door
voorzichtig op het filter te kloppen. Zuig
het filter daarna voorzichtig uit of was het
in een lauw/warm sopje met een zacht
reinigingsmiddel. Laat het goed drogen
voor u het in omgekeerde volgorde
terugplaatst. Gebruik de ontvochtiger nooit
zonder filter! Als ook het element (2)
stoffig is, kunt u dit voorzichtig reinigen met een borsteltje, zie afb. De omkasting en de
watertank kunt u schoonmaken met een vochtige doek en evt. een mild reinigingsmiddel.
Gebruik geen bijtende of schurende producten, die kunnen de lak beschadigen.
Neem altijd de stekker uit het stopcontact voordat u reinigingswerkzaamheden uitvoert!
