NL
NL 11
NL
NL 10
5. REINIGING EN ONDERHOUD
De Kolding dient jaarlijks te worden gereinigd en gecontroleerd door
een erkend installateur. Dit geldt ook voor het rookkanaal.
Controle op:
- dichtheid van het gascircuit;
- de juiste werking van de regelkraan, het thermokoppelcircuit en het
ontsteken van de brander.
Reiniging van:
- waakvlamsysteem;
- de brander;
- de verbrandingsruimte;
- de rookgasafvoer.
5.1 REINIGING VAN DE BRANDER
Wanneer de kachel voldoende is afgekoeld, kan de brander gereinigd
worden met een zachte, niet pluizende doek en eventueel een
stofzuiger. Past u op dat u de blokken na afloop weer op de juiste
wijze terug legt (zie plaatsing houtset).
Indien reiniging gebeurt met een stofzuiger moet bijzonder zorgvuldig
met de brander omgegaan worden, omdat deze door een scherp of
zwaar voorwerp beschadigd kan worden. Wij willen er tevens voor
waarschuwen niet te veel kracht op het brandermateriaal uit te
oefenen. Indien de brander zichtbaar beschadigd is kan dit het
vlammenbeeld beïnvloeden.
5
.2 REINIGING VAN HET GLAS
Afhankelijk van de gebruiksintensiteit kan zich in de loop der tijd een
aanslag vormen op het glas. Deze aanslag kunt u verwijderen met
een speciale glasreiniger of ceramische kookplaatreiniger. Raadpleeg
de instructies op de verpakking. Wij raden aan het toestel schoon te
laten maken door een erkend installateur.
Een slecht functionerende schoorsteen en verkeerde positie van de
blokken zorgen voor een grotere vervuiling van het glas.
STORING
Niet aangaan of uitgaan
van de haard.
Slechte verdeling van de
vlammen.
REMEDIE
- Ontluchten.
- Controleer of de
gastoevoerleiding is
vervuild of dat de
aansluitkraan niet open
staat.
- Maak de brander
voorzichtig schoon met een
stofzuiger.
- Controleer het thermo-
elektrischcircuit.
- De oxypilot schakelt in als
er te weinig zuurstof in de
lucht is. Zorg voor
voldoende aanvoer van
frisse lucht.
- Plaats de houtblokken op
de juiste wijze.
- Zuig met een stofzuiger
voorzichtig de brander
schoon. Pas op dat u met
de scherpe randen de
brander niet beschadigt.
OORZAAK
- Lucht in de toevoerleiding.
(Na stilstand van het
toestel)
- Onvoldoende gasdruk.
- Waakvlam is vervuild.
- De aansluiting van het
thermokoppel maakt geen
goed contact.
- De oxypilot beveiliging is
ingeschakeld.
- De houtblokken zijn niet
juist geplaatst.
- De brander is sterk vervuild,
doordat er as van
brandbare materialen of stof
in de brander is terecht
gekomen.
6. STORINGEN