5. Opbouw buiten
28
Raamverduistering
Raak de greeplijst van het verduisteringsrolgordijn steeds in het
midden aan en beweeg het rolgordijn naar boven of beneden totdat
de gewenste verduisteringsgraad is bereikt. Vermijd bij het bewegen
van de greeplijst een schuine stand of kanteling.
Laat de greeplijst los – de vouwverduistering blijft op deze hoogte
staan.
Raak de greeplijst van de vouwverduistering steeds in
het midden aan, om beschadigingen aan de raamver-
duistering te voorkomen.
Sluit het verduisteringsrolgordijn bij rechtstreeks inval-
lend zonlicht NIET volledig, om beschadigingen aan
de ruit en de vouwverduistering door oververhitting te
voorkomen.
Houd het verduisteringsrolgordijn niet gedurende lan-
gere tijd gesloten, om beschadigingen door materiaal-
moeheid te voorkomen. Alleen indien nodig gebruiken.
Insectendeur
(modelafhankelijk / speciaal toebehoren)
Gevaar voor beschadiging als gevolg van ondes-
kundig gebruik!
Bedien de insectendeur uitsluitend bij een geopende
toegangsdeur j om beschadigingen te voorkomen!
Als de insectendeur niet geheel geopend is
l
, kun-
nen afhankelijk van de positie ervan bij het sluiten van
de toegangsdeur
k
beschadigingen aan de in-
sectendeur en/of de toegangsdeur ontstaan!
1
3
2