18
3. Chassis, toelating
.
Het resterende laadvermogen moet altijd groter zijn dan
of gelijk zijn aan de minimale nuttige belasting. Hierop
moet bij de conguratie van het voertuig worden gelet.
Als men geheel of gedeeltelijk afziet van de onder hoof-
dstuk 13.4 (Basisuitrusting) in de tabel weergegeven
uitrustingsstukken en vloeistoen, dan neemt de nuttige
belasting c.q. het laadvermogen toe met deze waarde.
Wanneer u niet zeker weet of het voertuig te zwaar bela-
den is, kunt u dit het best controleren op een openbare
weegbrug.
Overbelading kan leiden tot disfunctioneren of zelfs
scheuren van de banden! Daardoor bestaat het gevaar
dat u de macht over het voertuig verliest. U brengt in dat
geval uzelf maar ook andere weggebruikers in gevaar.
6. Minimale nuttige belasting
De nuttige belasting moet minstens overeenkomen met de waarde
van de formule 10 x (n + L), waarbij geldt:
n – maximum aantal slaapplaatsen
L – totale lengte van de opbouw