39
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
vervuilde lucht het interieur bereikt. Het
is niet raadzaam dit systeem langdurig te
laten werken, omdat anders, vooral als u
met meerdere personen in de auto zit,
de kans aanzienlijk toeneemt dat de rui-
ten beslaan.
BELANGRIJK Met de recirculatiefunctie
kunnen, afhankelijk van de werking van
het systeem (“verwarming” of “koe-
ling”), de gewenste omstandigheden
sneller bereikt worden. Het is echter
niet raadzaam deze functie in te schake-
len op regenachtige of koude dagen,
omdat dan de ruiten aan de binnenzijde
aanzienlijk sneller kunnen beslaan.
Draaiknop D voor de luchtverde-
ling
¥
voor lucht uit de luchtroosters in
het midden en aan de zijkant;
µ
voor luchttoevoer naar de been-
ruimten en voor een iets lagere tem-
peratuur uit de luchtroosters op het
dashboard (“bilevel”-stand);
w
voor een verwarming bij lage buiten-
temperaturen: voor maximale lucht-
toevoer naar de beenruimten moe-
ten zowel de luchtroosters in het
midden als aan de zijkant gesloten
worden;
≤
voor verwarming van de beenruim-
ten en ontwaseming van de voorruit;
-
voor een snelle ontwaseming van de
voorruit.
VENTILATIE VAN HET INTERI-
EUR
Ga voor een goede ventilatie van het
interieur als volgt te werk:
❒
open de luchtroosters in het midden
en aan de zijkant geheel;
❒
draai de knop A in het blauwe vlak;
❒
draai de knop C in stand
U
❒
draai de knop D in stand
¥
❒
draai de knop B op de gewenste snel-
heid.
VERWARMING VAN HET INTE-
RIEUR
Ga als volgt te werk:
❒
draai de knop A in het rode vlak;
❒
draai de knop D op het gewenste
symbool;
❒
draai de knop B op de gewenste snel-
heid.
BEDIENINGSORGANEN fig. 45
Draaiknop A voor regeling van de
luchttemperatuur (menging van
warme/koude lucht)
Rode gebied = warme lucht
Blauwe gebied = koude lucht
Draaiknop B voor het inschake-
len/regelen van de aanjager
0 = aanjager uitgeschakeld
1-2-3 = aanjagersnelheid
-
= aanjager op maximale snelheid
Draaiknop C voor het in-/uitscha-
kelen van de luchtrecirculatie
U
= toevoer van buitenlucht
T
= luchtrecirculatie
Het verdient aanbeveling om de luchtre-
circulatie in te schakelen in de file of in
tunnels. Hiermee wordt voorkomen dat
fig. 45
F0G0022m