58 I Algemene gebruikershandleiding
27.3 Banden
De banden van uw ets zijn onderhevig aan een nctiege-
relateerde slijtage die aankelijk is van het gebruik van
de ets en kan door de gebruiker in hoge mate worden
beïnvloed.
Rem nooit zo hard dat de wielen blokkeren.
Controleer de bandenspanning van uw banden
regelmatig. De waarde van de maximaal toegestane
bandenspanning, en meestal ook de toegestane
minimale bandenspanning, staat op de zijkant van
de band vermeld.
Indien nodig, pompt u de band tot aan de aangege-
ven waarde op. Hiermee vermindert u de slijtage.
Voorkom schadelijke invloeden voor de banden,
zoals directe blootstelling aan zonlicht, benzine,
olie enz.
27.4 Velgen in combinatie
met velgremmen
Door de werking van velgrem en velg zullen niet alleen
de remvoeringen onderhevig zijn aan slijtage, maar ook
de velg. Wanneer jne scheurtjes optreden of de velgrand
bij een hogere bandenspanning vervormt, wijst dit op een
verhoogde slijtage. Met velgen met een slijtage-indicator
kunt u de slijtagestaat van de velg gemakkelijk bepalen.
Controleer de slijtage van de velg periodiek (zie
Hoofdstuk 16.3 „Velgen controleren“).
27.5 Remvoeringen
De remvoeringen bij velg-, rol-, trommel- en schijemmen
zijn aankelijk van het gebruik van de ets onderhevig
aan slijtage. Bij ritten in bergachtig terrein of bij sportief
gebruik van de ets moeten de remvoeringen mogelijk iets
vaker worden vervangen. Controleer de slijtage van de
remvoeringen regelmatig en laat deze indien nodig door
een erkende etsenmaker vervangen.
27.6 Remschijven
Ook remschijven slijten door intensief remmen resp. na
verloop van tijd. Informeer bij de fabrikant van de rem-
men of bij uw dealer naar de betreende slijtagegrenzen.
Versleten remschijven kunt u door een erkende etsenma-
ker laten vervangen.
27.7 Fietskettingen of tandriemen
De etsketting is onderhevig aan een nctiegerelateerde
slijtage die aankelijk is van de verzorging en het onder-
houd en van het gebruik van de ets (rijprestaties, regen,
vuil, zout enz.).
Voor een lange levensduur dient u de etskettin-
gen en de tandriemen regelmatig te reinigen en te
smeren.
Laat de ketting door een erkende etsenmaker ver-
vangen als de slijtagegrens is bereikt (zie
Hoofd-
stuk 20 „Fietsketting“).
27.8 Kettingringen, tandwielen
en schakelwieltjes
Bij etsen met een kettingversnelling zijn de cassette, de
kettingringen en de schakelwieltjes onderhevig aan slijta-
ge. De mate van slijtage is aankelijk van de verzorging,
het onderhoud en het gebruik van de ets (rijprestaties,
regen, vuil, zout enz.).
Om de levensduur te verlengen, reinigt en smeert u
deze onderdelen regelmatig.
Laat de onderdelen door een erkende etsenmaker
vervangen als de slijtagegrens is bereikt.
27.9 Lampen van de
verlichtingsinstallatie
Gloeilampen en andere lampen slijten door gebruik. Daar-
om moet u deze eventueel vervangen.
Neem altijd vervangende gloeilampen mee om
beschadigde gloeilampen te kunnen vervangen.