5
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
Als het lampje
Y
tijdens het
rijden gaat branden
❒
Als het lampje
Y
gaat branden,
betekent dit dat het systeem zichzelf
controleert (bijv. bij een verlaging van
de spanning).
❒
Als de storing aanhoudt, wendt u dan
tot het Ford Servicenetwerk.
SYMBOLEN
Op of in de nabijheid van enkele
onderdelen van uw auto zijn plaatjes
met een bepaalde kleur aangebracht,
met daarop symbolen die uw aandacht
vragen en die voorzorgsmaatregelen
aangeven die u in acht moet nemen als
u met het betreffende onderdeel te
maken krijgt.
FORD CODE-SYSTEEM
Voor een nog betere beveiliging tegen
diefstal is de auto uitgerust met een
elektronische startblokkering. Het
systeem wordt automatisch ingeschakeld
als de sleutel uit het contactslot wordt
genomen.
Als u bij het starten van de motor de
sleutel in stand MAR draait, dan stuurt
het Ford CODE-systeem een code naar
de regeleenheid van de motor die, als de
code wordt herkend, de blokkering van
de functies opheft.
Als tijdens het starten de code niet
wordt herkend, gaat op het
instrumentenpaneel het lampje
Y
branden.
Draai in dat geval de contactsleutel in
de stand STOP en vervolgens in de
stand MAR; Als de blokkering niet
wordt opgeheven, moet opnieuw een
startpoging worden ondernomen met
de andere, bijgeleverde, sleutels. Als de
motor nog niet aanslaat, wendt u dan
tot het Ford Servicenetwerk.
WAARSCHUWING Elke sleutel heeft
een eigen code, die in de regeleenheid
van het systeem moet worden
opgeslagen. Voor het opslaan van
nieuwe sleutels (maximaal acht) moet u
zich tot het Ford Servicenetwerk
wenden.
Bij krachtige stoten kunnen
de elektronische
componenten in de sleutel
beschadigd worden.