WERKING
Het perimeter alarm is een afschrikmiddel
voor personen die ongeoorloofd de
portieren en de motorkap proberen te
openen. Het beveiligt ook de
audio-installatie.
N.B.: Een vals alarm kan ook veroorzaakt
worden door de hulpverwarming. Zie Extra
verwarming (bladzijde 70). Als u de
hulpverwarming gebruikt, richt de
luchtstroom dan op de beenruimte.
Alarm activeren
Wanneer het alarm is ingeschakeld, kan
het op een van de volgende manieren
worden geactiveerd:
• Wanneer iemand een portier, het
bagagecompartiment of de motorkap
zonder de juiste sleutel of
afstandsbediening opent.
• Als de motorkap wordt geopend met
behulp van een geldige sleutel.
• Wanneer iemand de audio-installatie
of het navigatiesysteem verwijdert.
Wanneer het alarm is geactiveerd, klinkt
het alarmsignaal gedurende 30 seconden
en knipperen de
waarschuwingsknipperlichten vijf minuten.
Iedere verdere poging om een van
bovenstaande handelingen uit te voeren
activeert het alarm opnieuw.
ALARM INSCHAKELEN
Alarminstallatie inschakelen, wagen
vergrendelen. Zie Sloten (bladzijde 27).
ALARM UITSCHAKELEN
Schakel het alarm uit en deactiveer dit
door een van de voorportieren of de
achterklep met de sleutel te ontgrendelen.
34
Alarm