Hoofdstuk 5: Geavanceerde instellingen
TruVision DVR 10 Gebruikershandleiding 55
Ga als volgt te werk om het gebied op het scherm waarbinnen een
camerasabotagealarm kan worden geactiveerd, in te stellen:
1. Klik in het scherm Geavanceerde instellingen (Advanced Settings) op
Camerasabotagegebied (Camera Tampering) om het scherm
Camerasabotagegebied (Camera Tampering Area) weer te geven.
2. Stel het camerasabotagegebied in.
Het instellen van een camerasabotagegebied is identiek aan het instellen van een
privacymaskeringsgebied. Zie de stappen 4 t/m 7 op pagina 52 voor verdere
instructies.
3. Wanneer u klaar bent, klikt u met de rechtermuisknop en vervolgens op OK om
uw wijzigingen te bevestigen.
Opmerking: Per camera kan slechts één sabotagegebied worden ingesteld.
Ga als volgt te werk om de reactie op een sabotagealarm in te stellen:
1. Klik in het scherm Geavanceerde instellingen (Advanced Settings) op
Camerasabotagegebied (Camera Tampe Area) om het scherm
Camerasabotageregels (Camera Tampering Rules) weer te geven.
2. Stel een alarmplanning in.
Hoe het systeem een camerasabotagealarm afhandelt is afhankelijk van de
alarmplanning. Selecteer in het scherm Regels (Rules) in de keuzelijst
Alarmplanning (Alarm Schedule) de dag van de week waarvoor u een
reactietijdschema wilt instellen. Voer de tijdsperiode voor de reactie in het
invoervak Periode (Period) in. U kunt voor elke dag van de week maximaal vier
tijdsperioden instellen.
3. Selecteer een reactiemethode.
Schakel een reactiemethode voor het systeem in voor wanneer een
sabotagealarm geactiveerd wordt. U kunt een of meer reactiemethoden
inschakelen waaronder:
Volledig scherm (Full Screen). Geeft het alarm het scherm weer.
Zoemer (Buzzer) Er klinkt een geluidssignaal.
Naar client uploaden (Upload to Client). Deze functie wordt momenteel niet
ondersteund.
Alarmuitgang (Alarm Out). Activeert een alarmuitgang. Er kunnen maximaal vier
alarmuitgangen worden ingeschakeld.
Schakel het selectievakje in of gebruik de pijltoetsen Omhoog of Omlaag en de
knop ENTER om deze opties in of uit te schakelen.