Gigaset DE310 IP PRO / nl / A31008-M2218-M101-3-5419 / glossary.fm / 01.10.2012
PRO Version 3, 30.05.2012
143
Verklarende woordenlijst
Ruggespraak
U voert een gesprek. Met ruggespraak onderbreekt u het gesprek kort om een tweede ver-
binding met een andere deelnemer tot stand te brengen. Als u de verbinding met deze
tweede deelnemer direct weer verbreekt, dan hield u ruggespraak. Als u tussen deze eer-
ste en tweede gesprekspartner heen en weer schakelt, heet dit een wisselgesprek.
S
Server
Stelt aan andere netwerkdeelnemers (clients) een service ter beschikking. De term kan
betrekking hebben op een computer/PC of een toepassing. Een server wordt via IP-adres/
domeinnaam en poort geadresseerd.
SIP (Session Initiation Protocol)
Signaleringsprotocol onafhankelijk van de spraakcommunicatie. Wordt gebruikt voor het
tot stand brengen en beëindigen van een gesprek. Daarnaast kunnen parameters voor de
spraakoverdracht worden gedefinieerd.
SIP-adres
Zie URI.
SIP Port/Local SIP Port
(Lokale) poort, via welke bij VoIP de SIP-signaleringsgegevens worden verzonden en ont-
vangen.
SIP-provider
Zie VoIP-provider.
SIP-proxy-server
IP-adres van de gateway-server van uw VoIP-providers.
Spraakcodec
zie Codec.
Statisch IP-adres
Zie Vast IP-adres.
STUN
Simple Transversal of UDP over NAT
NAT-besturingsmechanisme.
STUN is een gegevensprotocol voor VoIP-telefoons. STUN vervangt het privé IP-adres in de
gegevenspakketten van de VoIP-telefoon door het openbare adres van het beveiligde
privé-netwerk. Voor de besturing van de gegevensoverdracht is bovendien een STUN-ser-
ver in het internet nodig. STUN kan niet worden toegepast bij symmetrische NAT’s.
Zie ook: ALG, Firewall, NAT, Outbound Proxy.
Subnet
Segment van een netwerk.