10. starten van het laad- ontlaadproces
Om te laden - ontladen resp. formeren kiest u het gewenste programma uit, zoals hieronder wordt beschreven;
stel daarna de passende waarden in.
Sluit u, indien aanwezig, de balancerstekker van de accu aan de balanceeruitgang (BALANCER
CONNECTOR) aan.
Let daarbij op de juiste polariteit.
Van rechts naar links: (Pin 1 (GND): massa = accu - ,
Pin 2 (1): + cel 1, Pin 3 (2): + cel 2, Pin 4 (3): + cel 3, Pin 5 (4): + cel 4, Pin 6 (5): + cel 5, Pin 7 (6): + cel 6)
Sluit u dan de 2 pol. aansluitstekker van de accu aan de laadapaaraat-uitgang –BATTERY+ juist gepoold met
behulp van een laadkabel aan.
Nadat u gedurende ca. 2 sec. de start-toets ingedrukt houdt wordt aangegeven, of de balancer aangesloten is of
niet. Bij een aangesloten balancer kunnen de spanningen van de verschillende cellen worden weergegeven, zie
16.
Is bij Li-accutypes geen balancerstekker aangesloten, dan volgt de vraag naar het aantal cellen, die met de
START-toets moet worden bevestigd.
! Let op! Stel in ieder geval het juiste aantal cellen in en controleer het accutype, omdat anders de accu
exploderen en in brand vliegen kan!
Nadat u de START-toets opnieuw heeft ingedrukt wordt de aangesloten accu geladen of ontladen.
Door een hernieuwd kort indrukken van de START- toets kunt u het laadproces op elk moment weer
onderbreken.
Aanwijzing: Wordt het laadproces met de START- toets afgebroken, dan zijn alle display-parameters
onherroepelijk gewist.