NEDERLANDS
13
Geluidsinstellingen
U kunt uit vijf verschillende geluidsinstellingen kiezen.
1 Met »
F
« de gewenste geluidsinstelling »Gebruiker«, »Muziek«,
»Sport«, »Bioscoop« of »Spraak« kiezen.
– De geluidsinstelling »Gebruiker« kan veranderd worden, zie
hoofdstuk “Equalizer” op pagina 11.
Zapfunctie
Met deze functie kunt u uw televisieprogramma dat u aan het
bekijken bent opslaan en naar andere televisieprogramma’s over-
schakelen (zappen).
1 Met »1…0« of »P+« »P-« de zender kiezen dat in het zapge-
heugen opgeslagen moet worden (b.v. zender 7, PRO7) en met
»Z« opslaan.
– Op het beeldscherm verschijnt b.v. »z –
>
P7 PRO7«.
2 Met »1…0« of »P+« »P-« op een andere zender over-
schakelen.
3 Met »Z« kan telkens naar de opgeslagen zender (in het voor-
beeld PRO7) en opnieuw naar de laatst bekeken zender terug-
geschakeld (gezapt) worden.
4 Zapfunctie met »
i« beëindigen.
– De weergave verdwijnt.
Beeldformaat omschakelen
Het televisietoestel schakelt automatisch over op het formaat 16:9
als aan de Euro-AV-bussen dit formaat herkend wordt.
1 Beeldformaat met »
E
« selecteren, op het beeldscherm ver-
schijnt het gekozen beeldformaat, bijvoorbeeld »16:9«.
– U kunt uit de volgende beeldformaten kiezen:
Formaat »Auto«
Bij 16:9-uitzendingen wordt automatisch op het beeldformaat
»16:9« overgeschakeld.
Bij 4:3-uitzendingen wordt het beeld automatisch over het hele
scherm gevuld.
Formaat »4:3«
Bij 4:3-uitzendingen kiest u het beeldformaat »4:3«.
Formaat »16:9«
Bij 16:9-uitzendingen kiest u het beeldformaat »16:9«.
TELEVISIEMODUS
_________________________________