NEDERLANDS
13
AANSLUITEN EN VOORBEREIDEN
_________________________________________
Impedantie van de luidsprekers instellen
Met deze instelling past u de AV-receiver aan de nominale impedantie van de
luidsprekers aan. De AV-receiver moet uitgeschakeld zijn.
1 Met de schuifschakelaar »SPEAKER IMPEDANCE SELECTOR 4 Ω
8 Ω« tussen de impedantie-waarden 4 Ω en 8 Ω omschakelen.
Aanwijzingen:
Als u de Grundig-boxenset DPS 5200 aansluit, stelt u de impedantie 4 Ω in.
Principieel geldt de instelling 4 Ω of 8 Ω als alle luidsprekers over deze nominale
impedantie beschikken. Hebben de luidsprekers verschillende impedanties, kies
dan 4 Ω.
Frontluidsprekers aansluiten
1 Linker en rechter frontluidspreker op de aansluitingen »FRONT SPEA-
KERS L + –« en »FRONT SPEAKERS R + –« aansluiten.
Surround-luidsprekers aansluiten
1 Linker en rechter surroundluidspreker op de aansluitingen »SURROUND
SPEAKERS L + –« en »SURROUND SPEAKERS R + –« aansluiten.
Center-luidspreker aansluiten
1 Center-luidspreker op de aansluiting »CENTER SPEAKER + –« aansluiten.
Actieve subwoofer aansluiten
1 Subwoofer op de aansluiting »SUBWOOFER OUT« aansluiten.
Luidsprekers opstellen
De frontluidsprekers het best in een lijn met het televisietoestel en een beetje
naar de luisterpositie gericht opstellen; luisterpositie en luidsprekers moeten een
gelijkzijdige driehoek vormen. Hierdoor bereikt u het beste stereo-effect.
De surroundluidsprekers lichtjes naar elkaar gericht en op voldoende afstand
links en rechts achter de luisterpositie opstellen. Een opstellingshoogte ter hoog-
te van het oor moet – ook bij wandmontage – in acht genomen worden.
De centerluidspreker in het midden van de beide frontluidsprekers opstellen, b.v.
onder of boven het televisietoestel. De beste hoogte voor de centerluidspreker is
de oorhoogte van de zittende luisteraar.
Voor een optimale weergave van de lage tonen wordt aangeraden om de sub-
woofer zodanig links of rechts naast de frontluidsprekers op te stellen, dat het
geluid zich door de ruimtediagonaal mengt.