18
TELEVISIEMODUS
_______________________________________________________________________
Beeldformaat omschakelen
1 Beeldformaat met »
E
« selecteren, op het beeldscherm verschijnt het geko-
zen beeldformaat, bijvoorbeeld »16:9«.
– U kunt uit de volgende beeldformaten kiezen:
Formaat »16:9« en »14:9«
Bij 4:3-uitzendingen en het formaat »14:9« of »14:9« verschijnt het beeld hori-
zontaal verbreed.
De beeldgeometrie wordt in horizontale richting lineair uitgebreid.
Bij werkelijke 16:9-signaalbronnen (van een SET-TOP-Box aan de
Euro-AV-bus) is het beeld volledig gevuld en de beeldgeometrie correct.
Formaat “Panorama”
Deze modus is geschikt voor bioscoopfilms met extreme breedte/hoogte-ver-
houdingen.
Bij 4:3-uitzendingen en het formaat »Panorama« verschijnt het beeld horizon-
taal verbreed. De zoomfactor is aan de linker en rechter beeldranden sterker
dan in het midden van het beeld.
Formaat “Normaal (4:3)”
4:3-uitzendingen worden met de correcte zijdenverhouding weergegeven.
Aan de linker- en rechterrand van het beeld zijn zwarte stroken zichtbaar.
Formaat “Volledig beeld”
Bij 4:3-uitzendingen wordt het beeld automatisch over het hele scherm gevuld.
Formaat “Gebruikers zoom”
Met deze functie kunt u een individueel beeldformaat van 10% tot 200% van de
oorspronkelijke beeldgrootte weergeven.
1 Beeldformaat »Gebruikers zoom« met »
E
« selecteren.
2 Hoofdmenu met »i« oproepen.
3 Regel »Scherm« met »P+« of »P-« kiezen en met »OK« bevestigen.
4 Regel »Gebruikers zoom« met »P+« of »P-« kiezen.
5 Beeldgrootte met »Ǹ« of »Ƿ« kiezen.
6 Menu met »i« uitschakelen.
Formaat “Film 4:3 in 16:9”
De tot nog toe gebruikelijke zwarte stroken van boven en van onderen in het
beeld worden overschreven, 4:3-beelden worden formaatvullend weergegeven.
De uitgezonden beelden worden vergroot, daarbij gaat aan de boven- en
onderkant wat beeld verloren. De beeldgeometrie blijft echter behouden.
