Geluids- en beeldinstellingen
ń
8
Geluidsinstellingen
Wilt u persoonlijke geluidsinstellingen maken, dan
kunt u dit met behulp van de menupagina »Geluid«.
❒
»GELUID« menu oproepen
Toets o indrukken.
De menupagina »GELUID« verschijnt.
Gewenste instelling met toets P of p kiezen.
De volgende instellingen worden steeds met toets
o beëindigd.
❒
Stereobreedte
Verbreedt bij stereo-uitzendingen het klankbeeld en
verbetert het bij mono-uitzendingen.
De regel »
ʀ
..
ǁ
« kiezen en met toets F of E de
instelling »
ʀ
.......
ǁ
« kiezen.
❒
Geluid (stereo-/tweetalig, mono)
Ontvangt het toestel tweetalige uitzendingen – bv.
een speelfilm in het originele geluid op geluids-
kanaal B (weergave: DUAL B) en de nagesyn-
chroniseerde versie op geluidskanaal A (weergave:
DUAL A) – dan kunt u het door u gewenste geluids-
kanaal kiezen.
Ontvangt het toestel stereo-uitzendingen, dan scha-
kelt het automatisch op stereo-geluidsweergave
(weergave: STEREO).
Bij slechte ontvangstkwaliteit van het stereo-geluid
adviseren wij u het geluid op »MONO« te schakelen.
De regel »
ʀ
P01 « kiezen en met toets F of E de
gewenste soort geluid kiezen; » MONO « of
» STEREO « en bij tweetalige uitzendingen
»DUAL A« of »DUAL B «.
Moet de geluidsweergave van een bepaalde
zender permanent in MONO zijn, dan de regel »
ʀ
P.
« kiezen en toets G indrukken.
Functie opheffen, daarvoor punt herhalen en
nog eens toets G indrukken.
❒
Hoge tonen, lage tonen, balans
De geluidsinstellingen van deze functies kunnen
naar uw persoonlijke wens gecorrigeerd worden.
De regel »
u
« (balans), » ɼ « (lage tonen) of
» ɦ « (hoge tonen) kiezen en met toets F of E de
gewenste waarde instellen.
1
2
Ǻ
2
1
1
Ǻ
2
1
Beeldinstellingen
Wilt u persoonlijke beeldinstellingen verrichten, dan
kunt u dit met behulp van de menupagina » Beeld «
of met de toetsen van de afstandsbediening.
❒
»BEELD« menu oproepen
Toets 8 indrukken.
De menupagina »BEELD« verschijnt.
Gewenste instelling (contrast, scherpte of tint – bij
NTSC) met de toets P of p selecteren.
»TINT« verschijnt alleen op het scherm als uw tele-
visie programma’s in de NTSC-norm ontvangt.
Met de toetsen F of E wijzigen.
❒
Contrast
Het toestel werd met maximaal contrast getest, om
de betrouwbaarheid van alle componenten te
controleren.
Afhankelijk van de standplaats van het toestel en
het licht in de ruimte (omgevingslicht) is het echter
zinvol, het contrast iets te reduceren om de per-
soonlijk beste beeldindruk te krijgen.
»Contrast« met toets F of E instellen.
❒
Scherpte
Daarmee kunt u de beeldscherpte naar eigen wens
optimaal instellen.
»Scherpte« met toets F of E instellen.
❒
Helderheid en kleurcontrast
Druk zo lang op » – « (min) of » + « (plus) van de be-
treffende toets, tot de gewenste waarde ingesteld is
.
» Helderheid« met toets
® veranderen.
»Kleurcontrast« (kleursterkte) met toets
™
veranderen.
❒
Omschakeling van het beeldformaat 16:9
Krijgt het TV-toestel via een videorecorder, cam-
corder of PALplus-decoder een PALplus-uitzending
toegevoerd, dan moet er op het beeldformaat 16:9
omgeschakeld worden. Dit is bij een AV-zender-
plaats of een zenderplaats met decoderactivering
mogelijk.
Toets i zo vaak indrukken, tot de melding » 16:9 «
verschijnt.
1
2
1
Ǻ
1
1
3
Ǻ
2
1
BEELD
TXT
Contrast ľ ■■■■■■■■■■■ ı
Scherpte ■■■■■
GELUID
TXT
ʀ
..
ǁ
ľ
ʀ
..
ǁ
ı
ʀ
P 01 MONO
y MONO
u
ɼ
ɦ
