16
Camerarecorder
Camerarecorder aansluiten
1 De gele aansluiting (VIDEO IN – beeldsignaal) van het televisietoestel en de
overeenstemmende aansluiting van de camerarecorder met een cinch-kabel
verbinden.
2 De witte en rode aansluitingen (L AUDIO IN R – geluidssignaal) van het tele-
visietoestel en de overeenstemmende aansluitingen van de camerarecorder
met een cinch-kabel verbinden.
Aanwijzing:
Wordt een mono-camerarecorder aangesloten, verbind dan de witte aan-
sluiting (L) van het televisietoestel en de overeenstemmende aansluiting van
de camerarecorder. Bij mono in het menu »Geluid« »Dual A« kiezen.
Gebruik met een videocamera
1 De camerarecorder inschakelen, een cassette inschuiven en weergave
starten.
2 Zenderplaats »AV« met »TV/AV« kiezen. »TV/AV« zo vaak indrukken tot
op het toestel »AV« weergegeven wordt.
– Op het televisietoestel ziet en hoort u de beeld- en geluidsinformatie van
de camerarecorder.
Hoofdtelefoon
Hoofdtelefoon aansluiten
1 Steek de stekker van de hoofdtelefoon (klink 3,5 mm ø) in de hoofdtelefoon-
aansluiting aan de voorkant van het televisietoestel.
– De luidsprekers van het televisietoestel worden hierdoor uitgeschakeld.
Volume van de hoofdtelefoon wijzigen
1 Met »
Ǹ
«of»
Ƿ
« het volume van de hoofdtelefoon instellen.
GEBRUIK MET EXTERNE APPARATUUR
_________________________________