NEDERLANDS
15
ALGEMENE FUNCTIES
___________________________________________
In- en uitschakelen
1 Zet de stereo-installatie vanuit stand-by aan met »ON/OFF« op de installa-
tie of met »9« op de afstandsbediening.
– De laatst gebruikte programmabron wordt automatisch gekozen.
Aanwijzing:
Om in te schakelen kunnen ook de volgende toetsen op de installatie of op
de afstandsbediening gebruikt worden:
»TUNER/BAND« – tuner-mode;
»CD« – cd-mode;
»AUX« – gebruik van externe apparatuur.
2 Zet de installatie in stand-by met »ON/OFF« op de installatie of met »9«
op de afstandsbediening.
Aanwijzing:
De stereo-installatie is alleen volledig van het stroomnet afgesloten als u de
netstekker uit het stopcontact hebt gehaald.
Programmabron kiezen
1 Kies de gewenste programmabron met »TUNER«, »CD« of »AUX« op de
installatie of op de afstandsbediening.
– Display: »
FM 87.50
«, »
CD
« of »
AUX
«.
Volume veranderen
1 Volume met »– VOLUME +« veranderen.
– Display: kort »
VOL
« (van »
0
« tot en met »
50
«).
Geluidsonderdrukking (Mute)
Met deze functie ”onderdrukt” u het geluid van de installatie.
1 Schakel de geluidsonderdrukking met »MUTE« op de afstandsbediening in
of uit.
– Display: »MUTE« knippert.
FLAT
AUX
U
FLAT
MTE
O
FLAT
VL 22
