NEDERLANDS
41
GELUIDSWEERGAVE
____________________________________________________
De videorecorder beschikt over twee verschillende opname- en weergave-
systemen voor het geluid.
– Het hifi-spoor, voor uitzendingen in stereo en op twee kanalen.
– Het mono-spoor, voor de geluidsweergave op mono videorecorders.
Aansluiten
1 Verbind de aansluitingen »AUDIO OUT R L« aan de achterkant van de
videorecorder en de desbetreffende ingangen van de hifi- of surround-
soundinstallatie door middel van een standaard cinch-kabel met elkaar.
Voorbereiden
Schakel de hifi- of surround-soundinstallatie in.
Schuif een bespeelde cassette in de videorecorder.
Hifi-geluidsweergave
1 Start de geluidsweergave met »ı«.
2 Beëindig de geluidsweergave met »■ «.
Geluidsspoor kiezen
1 Zet het televisietoestel aan en kies op het televisietoestel de programmaplaats
»AV« voor de videorecorder.
2 Roep tijdens de weergave het audiomenu op met »AUDIO«.
3 Kies het gewenste geluidssignaal met »
FF
« of »
EE
« en bevestig de keuze
met »OK«.
– Aanduiding op beeldscherm:
»STEREO« = stereo; »L« = links; »R« = rechts; »MONO« = mono.
4 Schakel het menu »AUDIO-MODE« uit met » i INFO«.