29
Spelverloop
Degene die het best als een zeehond in zijn handen kan klappen, mag
beginnen. Kunnen jullie het niet eens worden? Dan begint het kleinste
kind en gooit één keer met de dobbelsteen. Daarna is kloksgewijs het
volgende kind aan de beurt.
Wat vertoont de dobbelsteen?
• Een gekleurde zeehond.
Zoek de zeehond van de bijbehorende kleur op het speelbord.
Als de zeehond z’n bek gesloten heeft dan mag je hem opendoen.
Staat de bek al open dan doe je hem dicht. Hiervoor schuif je de snuit
van de gegooide zeehond in de bijbehorende richting.
• Een vis.
Nu mag je alle zeehonden met een openstaande bek voederen*. Pak
telkens een vis uit je voorraad en voeder er de zeehonden mee.
Na het voederen schuif je de bek weer dicht. Nu is de zeehond tev-
reden en verzadigd.
Als geen enkele zeehond zijn bek open heeft staan, kan je helaas ook
geen zeehond voederen.
Daarna is het volgende kind aan de beurt en gooit één keer met de
dobbelsteen.
Einde van het spel
Het spel is afgelopen zodra een van de kinderen zijn laatste vis aan een
zeehond gevoederd heeft. Het heeft de dierenverzorger het best
geholpen en wordt tot opperdierenverzorger benoemd.
* Een zeehond voedt zich voornamelijk met vissen en kreeften.
Onder water zoeken en happen ze naar hun voedsel tijdens het
duiken.
1 x gooien
bijbehorende zee-
hondenbek open,
resp. dicht doen
alle zeehonden met
geopende bek
voederen, bek sluiten
geen zeehond met
open bek = er
gebeurt niets,
volgende kind gooit
laatste vis uitgedeeld
= gewonnen en eind
v/h spel
NEDELRLANDS
28
1. Zeehonden voederen
Voor 2 - 4 kleine dierenverzorgers vanaf 3 jaar.
De dierenverzorger vraagt jullie om hem bij het voederen van de zee-
honden te helpen.
Wie is het snelst en voedert als eerste al z’n vissen aan de hongerige zee-
honden?
Spelvoorbereiding
Zet de bodem van de doos in het midden op tafel en haal al het
spelmateriaal eruit.
Leg het speelbord terug in de doos.
Steek de vier zeehondensnuiten in de uitsparingen van de zeehonden van
dezelfde kleur.
Nu kunnen jullie de zeehondenbekken open en dichtdoen. Probeer het
eens een keertje uit, door de neus van de snuit omhoog en omlaag te
schuiven.
Belangrijk: aan het begin van het spel moeten alle bekken gesloten zijn.
Jullie krijgen allemaal vier vissen. Wie nog niet zo goed kan tellen, mag
zich laten helpen.
Ten slotte leggen jullie de dobbelsteen klaar.
De zeehondenplaatjes worden bij dit spel niet gebruikt. Leg ze in het
deksel van de doos. In het geval dat er nog vissen over zijn, gaan deze
eveneens terug in het deksel.
bodem v/d doos i/h
midden op tafel
speelbord in de doos
leggen,
zeehondensnuiten in
bijbehorende uit-
sparingen steken
alle bekken gesloten
vier vissen per speler
dobbelsteen
klaarleggen
