37
Punten 1-4 zoals hierboven
5. Druk twee keer op de toets omlaag, op het scherm verschijnt
"NUMMER- BLOKKERING".
6. Bevestig met OK, de tekst "HS SELECT HANDSET x" (x = nr. handset
1-4) verschijnt.
7. Druk op OK, op het scherm verschijnt "NUMMER- BLOKKERING".
8. Druk op OK, "NR. BLOKK. INSTELLEN" verschijnt, met op de onderste
regel, de huidige toestand (AAN of UIT).
9. Selecteer tussen AAN en UIT met behulp van de navigatietoets
omlaag.
10. Druk op OK, u hoort een bevestigingstoon en de instelling wordt
opgeslagen.
Noodnummers opslaan
Het toestel kan vier noodnummers opslaan, die steeds beschikbaar zijn,
zelfs wanneer het toestel ingesteld staat met oproepbeperking "intern".
De noodnummers 110 et 112 zijn voorgeprogrammeerd.
Punten 1-4 zoals hierboven
5. Druk drie keer op de toets omlaag, op het scherm verschijnt "ALARM
NUMMER".
6. Druk op OK, op het scherm verschijnt "ALARM NUMMER _". Met de
toets omlaag selecteert u nu van 1 tot 4.
7. Druk nogmaals op OK, op het scherm verschijnt "ALARM NUMMER x"
met daaronder het telefoonnummer, bvb. 110. Achter het laatste cijfer
knippert een cursor.
Elk cijfer links van de cursor kan uitgeveegd worden met de veegtoets
X. Bewegen van de cursor doet u met de navigatietoetsen, u kan
daarna vegen en een nieuw nummer intikken.
8. Geef de nummers in met het klavier.
9. Druk op OK, u hoort een bevestigingstoon en de instelling is
opgeslagen. Gebruik hetzelfde procédé voor de andere 3 nummers.