12 INST ALLEREN EN AANSLUITEN
Plaats het apparaat nadat het uitgepakt is op
een stevige ondergrond en controleer of deze het
gewicht kan dragen. V ervolgens dient het
apparaat aangesloten te worden op de overige
audio- en videoapparatuur .
Aansluiten audioapparatuur
Wij raden u aan uitsluitend signaalkabels v an
goede kwaliteit te gebruik en om achteruitgang
van het signaal te voork omen.
Het is een goede gewoonte om bij het mak en of
veranderen v an de verbindingen tussen audio-
apparatuur of luidsprek ers altijd de stekk er uit
het stopcontact te nemen. Daarmee wordt voor-
komen dat er onbedoeld een schak elpuls o .i.d.
naar de luidsprek ers gaat, w aardoor deze
beschadigd zouden kunnen worden.
1. Sluit de analoge uitgang van een CD-speler op
de CD-ingang
6
aan.
Opmerking: als de CD-speler zowel een vaste als
variabele audio-uitgang heeft, kunt u het beste de
vaste uitgang gebruik en, tenzij het signaal om w at
voor reden dan ook in niveau aangepast dient te
worden aan dat van andere bronnen.
2. Verbind de analoge uitgangen PLA Y/OUT van
en cassettedeck, MD , CD-R of andere audiorecor-
der met de tape ingang
2
. Verbind de analo-
ge ingangen RECORD/IN met de uitgangen
T ape uitgang
3
op de A VR.
3. Verbind de digitale uitgang v an een digitale
bron zoals een CD of DVD speler of wisselaar ,
videospelletje , digitale satellietontv anger , HDTV
ontvanger of digitale settop box, dan wel de uit-
gang van een geschikte computer geluidskaart
met de Optisch of Coax Digitale Ingangen
RN*Ó
. Wij raden u aan de coax digitale
audio-uitgang van de DVD-speler te verbinden
met Coax Digital Audio Ingang
N
daar die
ingang standaard is toegewezen aan de DVD
bron.
4. Verbind de Coax of Optische digitale uit-
gangen
A
op de achterzijde van de A VR met
de overeenkomstige digitale ingangen v an een
CD-R of MiniDisc recorder .
5. Installeer de bij het apparaat geleverde MG
kamerantenne als hieronder aangegeven. Sluit
deze aan op de schroefklemmen AM en GND
0
.
6. Sluit de bijgeleverde FM-antenne aan op FM
(75 ohm) ingang
1
. De FM-antenne kan een
externe dakantenne , een dr aadantenne binnens-
huis zijn, of een aansluiting op het kabelsysteem.
Als de antenne is aangesloten via een lintkabel
van 300 ohm, dient een 300 ohm/75 ohm
adapter gebruikt te worden.
7. Verbind bij uitgeschak elde A VR 140 de extra
leverbare Harman Kardon naar
Digital Media Player (DMP)
8
.
Een geschikte Apple
®
iP od
®
kan in de
worden geplaatst om als audiobron te worden
gebruikt. Videomateriaal van de iP od kan niet via
de A VR worden bekek en.
8. Sluit de luidsprek ers aan op de front, centrum
en surround luidsprek eruitgangen
DEF O
.
V oor een optimale signaaloverdracht naar de
luidsprek ers, adviseren wij luidsprek erkabels van
goede kwaliteit te gebruik en. Er zijn vele merk en
kabels leverbaar en de k euze van een kabel kan
worden beïnvloed door de afstand tussen uw
luidsprek ers en de receiver , het type luidsprek ers
dat u gebruikt, uw persoonlijk e voorkeur en
andere factoren. Uw leverancier of installateur
kan u helpen bij het kiezen van de juiste kabel.
Een kabel met een doorsnede van 1,5 mm
2
kan
voor korte afstanden (minder dan 4 m) worden
gebruikt. Wij raden aan om geen kabels met een
doorsnede van 1 mm
2
of minder te gebruik en,
vanwege vermogensverlies en de teruggang in
prestatie die zich zal voordoen.
Kabel die door een muur gaat dient van een k eur-
merk voorzien te zijn, ten tek en dat deze aan alle
eisen voldoet. Wend u zonodig tot uw installateur
of een erk end elektriciën die op de hoogte is van
de plaatselijk e bouwvoorschriften met vragen
over kabel die door de muur wordt gevoerd.
Bij het aansluiten van de luidsprek erkabels op de
juiste polariteit letten. Merk op dat de positieve
(+) pool van elk e luidsprek eruitgang een specifie-
k e kleurcode draagt als aangegeven op pagina 9.
De meeste luidsprek ers maken echter gebruik
van een rode aansluiting voor de plus (+).
V erbind de zwarte negatieve (-) pool van de
luidsprek ers met de zwarte aansluitingen op de
versterk er .
Opmerking: hoewel de meeste luidsprekerfabri-
kanten zich houden aan de industriële standaard
waarbij zw arte aansluitingen voor de negatieve
draad en rode voor de positieve dr aad worden
gebruikt, kunnen sommige fabrikanten van deze
configuratie afwijk en. Om een goede fase en opti-
male prestaties te verzek eren, het typeplaatje op
uw luidsprek er of de handleiding van de luidspre-
k ers controleren op de polariteit. Als u niet weet
wat de polariteit v an uw luidspreker is , vraag dan
uw leverancier om advies voordat u verder gaat
met de aansluiting, of raadpleeg de fabrikant/
importeur van de luidsprek ers .
Gebruik ook bij voork eur identieke kabellengten
voor het aansluiten van de luidsprek erparen.
Gebruik bijvoorbeeld dezelfde lengte voor de luid-
sprek ers linksvoor en rechtsvoor en voor surround
links en surround rechts , ook als de luidsprek ers op
verschillende afstanden van de A VR staan.
Denk er aan dat het niet mogelijk is de A VR 140
in een 7.1 configuratie te gebruik en. Elk e bronin-
formatie die de A VR ontvangt voor de link er en
rechter surround achter kanalen, bijvoorbeeld via
de 6/8-Kanalen Directe Ingang
9
bij 7-
kanalen stereobewerking, wordt gecombineerd
en als monosignaal naar Surround Achter
Luidsprekeruitgang
O
gestuurd.
9. De subwoofers worden gewoonlijk aange-
sloten via een lijnniveau audio aansluiting van de
subwooferuitgang
4
met een subwoofer met
een ingebouwde versterk er . Als er een passieve
subwoofer wordt gebruikt, gaat de uitgang naar
een eindversterk er , w aarop dan één of meer sub-
woofers worden aangesloten. Gebruikt u een
actieve subwoofer zonder lijnniveau ingangen,
lees dan de instructies die bij de luidsprek er zijn
gevoegd voor informatie over de aansluiting.
10. Verbind de 5.1 uitgangen v an een meerka-
naals audiobron zoals een externe digitale pro-
cessor/decoder , DVD-Audio of SA CD speler , met
de 8-Kanaals Directe Ingang
9
.
Aansluitingen van videoapparatuur
Videoappar atuur wordt op dezelfde manier aan-
gesloten als audiocomponenten. Het gebruik van
signaalkabel van goede kw aliteit is belangrijk
voor het behoud van de signaalkw aliteit.
1. Verbind de audio- en video Play/Out uitgan-
gen met de Video 1
QS
of Video 2 In
ingangen
MT
op de achterzijde . De audio en
video Record/In ingangen van de VCR worden
verbonden met de Video 1 uitgangen
P7
van de A VR.
2. Hoewel elk video-appar aat met deze aanslui-
tingen kan worden verbonden, raden we aan
voor de videorecorder Video 1 V ideo/Video
Ingang
SQ
te gebruik en, zodat dit klopt met
de afstandsbediening die is geprogrammeerd
voor videorecorder productcodes op de Video 1
aansluiting.
Om dezelfde reden raden we aan de kabel-TV
converter of satellietontvanger op V ideo 2
Audio/Video Ingang
MT
en de televisie op
Video 2 Audio/V ideo Ingang
Ô
.
Belangrijk: w anneer u de TV alleen gebruikt
als een beeldscherm (d.w .z. dat u de televisiepro-
gramma's ontv angt via een kabelbox of satellie-
tontvanger) dient u de uitgangen v an de TV niet
te verbinden met de Video 3 A/V en
S-Video Ingangen
Ô
of enige andere ingang
van de A VR.
3. Verbind de analoge audio- en video-uitgangen
van een DVD- of laserdiscspeler met de
DVD-ingang
5C
.
Installeren en Aansluiten
25339_AVR140_Holl_2 30/08/05 10:52 Side 12