NEDERLANDS
SYSTEEMCONFIGURATIE 35
Systeemconfiguratie
Om een van de afzonderlijke luidspreker posities
direct te wijzigen drukt u op Luidsprekerkeuze
Z
en dan op
⁄
/
¤
D
om de gewenste posi-
tie te kiezen zodra de naam in beeld en in de
onderste regel van de display
Ò
verschijnt.
Wanneer de naam van de luidsprekerpositie die
u wilt corrigeren verschijnt, drukt u binnen 5
seconden op Set p. Druk op
⁄
/
¤
D
om
de gewenste vertraging voor die luidspreker in te
voeren en druk op Set p om deze vast te leg-
gen. Dan kunt u met
⁄
/
¤
D
om een andere
positie te kiezen, of wacht vijf seconden waarna
het systeem naar normaal gebruik terugkeert.
Om een van de afzonderlijke luidspreker posities
direct te wijzigen drukt u op Luidsprekerkeuze
Z
.
Instellen uitgangsniveau
Het instellen van de uitgangsniveaus is een
belangrijk onderdeel van het configuratieproces
bij een surround sound product. Het is in het bij-
zonder belangrijk bij een Dolby Digital ontvanger
als de AVR, aangezien de juiste uitgangssignalen
ervoor zorgen dat het filmgeluid met de juiste
richting en intensiteit wordt weergegeven.
Opmerking: iuisteraars zijn vaak onzeker over
werking van de surround kanalen. Sommigen
menen dat er altijd geluid uit alle luidsprekers
moet komen, terwijl er juist voor het merendeel
van de tijd weinig of geen geluid uit de surround
kanalen komt. Dat komt omdat ze alleen ge-
bruikt worden wanneer een regisseur of geluids-
technicus daar specifiek een geluid toevoegt om
een klankbeeld te creëren, een geluidseffect of
een actie te laten bewegen van het front van de
kamer naar de achterzijde. Wanneer de uitgangs-
niveaus correct zijn ingesteld, is het normaal dat
de surround luidsprekers slechts zo nu en dan
actief zijn. Het volume van de achter luidsprekers
extra verhogen kan juist de illusie van een
omringend klankbeeld teniet doen, in afwijking
van de manier waarop het geluid in een bio-
scoop of concertzaal wordt ervaren.
Wanneer u het systeem al gekalibreerd heeft met
EzSet/EQ zijn de aangegeven niveau instellingen-
het resultaat van metingen van EzSet/EQ. Er zijn
geen verdere correcties nodig tenzij u een speci-
fiek item wilt veranderen vanwege smaak of een
niet-standaard systeemconfiguratie.
Wanneer de AVR is geconfigureerd voor
6.1-kanalen gebruik met een enkele surround
achter luidspreker, kan via de uitgangsinstelling
nog altijd het niveau van de afzonderlijke sur-
round achter links en surround achter rechts,
ondanks het feit dat uw systeem slechts één sur-
round achter luidspreker gebruikt. Dat betekent
dat het Surround Achter kanaal tweemaal ver-
schijnt, maar dat is in 6.1 gebruik normaal. De
gescheiden SBL/SBR instellingen voor 6.1
gebruik zijn nodig voor een optimale balans tus-
sen de beide discrete kanalen in de AVR wan-
neer die worden gemengd naar een enkele luid-
spreker.
BELANGRIJK: het uitgangsniveau kan apart wor-
den ingesteld voor elke digitale en analoge sur-
round functie. Daarmee kunnen niveauverschillen
tussen de luidsprekers gecompenseerd worden, en
tevens kunnen verschillen afhankelijk van de
gekozen surround functie, of het niveau van
bepaalde luidsprekers naar eigen inzicht verhoogd
of verlaagd worden. Denk er aan instellingen die
gemaakt zijn voor een surround functie ook effec-
tief zijn voor alle ingangen die gerelateerd zijn
aan die surround functie.
Voor het instellen van de uitgangsniveaus er voor
zorgen dat alle luidsprekers correct zijn aan-
gesloten.
Voor een gemakkelijke opzet volgt u onderstaan-
de aanwijzingen vanuit de meest gebruikte luis-
terpositie:
1. Controleer of alle luidsprekers op de juiste
manier zijn geconfigureerd op LARGE en
SMALL als eerder beschreven en schakel zono-
dig de in-beeld display uit.
2. Stel het volume zo in dat
15 wordt aange-
geven, als aangegeven in de in-beeld display
en de display
Ò
.
3. Kies een willekeurige ingang die gekoppeld
is aan de surround functie waarvan u het uit-
gangsniveau wilt veranderen. Vergeet niet
dezelfde correcties te maken met alle andere
surroundfuncties gecombineerd met de
gebruikte ingangen.
4. De eenvoudigste manier om het uitgangs-
niveau zelf in te stellen is via het
Ch
Adjust
menu (kanaal correctie – afbeel-
ding 29). Bent u al in het hoofdmenu, druk
dan op
¤
D
tot de Speaker knop wit
is gemarkeerd. Staat u niet in het hoofdmenu
druk dan op In-Beeld
L
om het hoofd-
menu op te roepen (afbeelding 1) en druk
tweemaal op
¤
D
zodat de Speaker
knop wit is gemarkeerd. Druk dan op Set
F
om de regel Manual
Configuration
(zelf instellen) te
markeren en druk weer op Set
F
. Ga nu
naar beneden tot de regel
Ch Adjust
blauw is gemarkeerd en druk op Set
F
.
Afbeelding 29
Wanneer het SPEAKER SETUP -Ch
Adjust
menu voor het eerst verschijnt, is het
testsignaal uitgeschakeld. Gebruik
⁄
/
¤
D
en
Set
F
om een kanaal met een externe bron
zoals een test-CD, voor correctie te kiezen om
daarmee het uitgangsniveau te bepalen.
Wanneer het kanaal dat u wilt corrigeren in
blauw is gemarkeerd, drukt u op Set
F
en
daarna op
‹
/
›
Ea
om het uitgangsniveau
te verhogen of te verlagen. Voordat u zelf gaat
instellen, raden we u aan eerst de ingebouwde
testtoongenerator van de AVR te gebruiken die
automatisch een signaal naar alle kanalen stuurt
om te controleren of alle luidsprekerverbindingen
correct zijn gemaakt.
5. Schakel de testtoon in en laat deze automa-
tisch over de kanalen circuleren over de kana-
len waarvan voorheen luidsprekers zijn gecon-
figureerd (zie pagina 31). Druk nu op
⁄
/
¤
D
tot de regel Test Tone Seq in
blauw is gemarkeerd. Druk dan op Set
F
gevolgd door
‹
/
›
Ea
tot AUTO wordt
aangegeven. Op dat moment start ook het
testsignaal, circuleert rechtsom door de kamer,
laat elke luidspreker twee seconden horen en
schakelt naar de volgende luidsprekerpositie.
De tekst die de actieve luidspreker aangeeft is
blauw gemarkeerd om aan te geven welke
luidspreker op dat moment hoorbaar dient te
zijn.
BELANGRIJK: omdat dit testsignaal een veel
lager niveau heeft dan normale muziek dient u
het volume, na de instelling van alle kanalen,
terug te nemen. Het juiste volume dient weer
hersteld te zijn VOORDAT u terugkeert in het
hoofdmenu en het testsignaal uitgeschakeld
wordt.
Opmerking: vergeet niet te controleren of de
luidsprekers correct zijn aangesloten. Terwijl het
testsignaal rond gaat controleert u of het geluid
ook werkelijk komt van de luidspreker die in de
display
Ò
wordt aangegeven. Zou dat bij een
luidspreker niet kloppen, schakel de AVR dan uit
met de netschakelaar
1
en controleer de
luidsprekeraansluitingen en eventuele verbindin-
gen naar externe versterkers om er zeker van te
zijn dat alle luidsprekers met de juiste kanalen
zijn verbonden.
Opmerking: wanneer uw systeem slechts over
één surround achter luidspreker beschikt en
geconfigureerd is voor 6.1 kanalen, zult u de
testtoon tweemaal van de achter luidspreker
horen, eenmaal met de aanduiding SBL en een-
maal met de aanduiding SBR. Dat is normaal en
geeft u tevens de kans de balans in te stellen
voor de mengschakeling die een 6.1 uitgangssig-
naal maakt wanneer 7.1 functies zoals Logic
7/7.1 worden gebruikt.