INSTALLEREN EN AANSLUITEN 13
Installeren en Aansluiten
9. Gebruikt u een camcorder, videospelletje of
ander audio/video apparaat dat is zo nu en dan
tijdelijk wordt aangesloten op de AVR, verbind
de audio, video en digitale audio uitgangen van
dat apparaat dan met de Front Ingangen
*ÓÔ
. Een op Video 4 ingang
Ô
aange-
sloten apparaat wordt gekozen als Video 4
ingang en aangesloten op de digitale ingan-
gen
*Ó
gekozen als 'Optisch 3' of 'Coax 3'
ingang. Zie pagina 17 voor nadere informatie
over de configuratie van de ingangen.
Opmerkingen over video-aansluitingen:
• Y/Pr/Pb Component, RGB (zie pagina 13)
S-Video of Composiet videosignalen kunnen
alleen in hun oorspronkelijke vorm worden
bekeken en worden niet omgezet naar andere
formaten. S-Video signalen worden naar compo-
siet omgezet. De in-beeld display verschijnt in
elk geval op het scherm, wanneer S-Video of
Video op de TV is gekozen.
• Wanneer de component video-aansluitingen
gebruikt worden zullen de on-screen menu’s niet
zichtbaar zijn. U moet overschakelen op de stan-
daard composiet of S-video ingang van uw TV
om deze menu’s te zien.
• Alle component in- en uitgangen kunnen ook
voor RGB signalen worden gebruikt, op dezelfde
wijze als beschreven voor de Y/Pr/Pb signalen,
en verbonden met de aansluitingen van over-
eenkomstige kleur.
Maar dat werkt alleen zolang de drie RGB video-
signalen door de bron worden afgegeven, alleen
met een sync signaal in het ‘G’ signaal, zonder
een afzonderlijk sync signaal van de bron.
Scart A/V-aansluitingen
Voor alle hiervoor omschreven verbindingen
gebruikt uw videoapparaat cinch-aansluitingen
en/of S-video aansluitingen, zowel voor de
audio- als de videosignalen: elk normaal video-
apparaat (niet S-VHS of High 8) gebruikt voor
alleen afspelen 3 cinch verbindingen; video-
recorders voor afspelen en opnemen zelfs
6 cinch verbindingen. Alle S-video-apparaten
(S-VHS, High 8) hebben 2 cinch (audio) en
1 S-video verbinding nodig voor afspelen, of
4 cinch (audio in/uit) en 2 S-video (video in/uit)
verbindingen als het een videorecorder betreft.
Veel Europese videoapparaten zijn maar ten dele
voorzien van cinch of S-video aansluitingen, niet
voor alle audio- en video in- en -uitgangen die
nodig zijn als eerder beschreven, maar via een
zogeheten Scart of Euro-AV connector, een vrij-
wel haakse plug met 21 pennen, zie afbeelding.
In dat geval zijn de volgende scart/cinch-adap-
ters of kabels nodig:
• Voor weergave van satellietontvangers, cam-
corders, DVD- of LD-spelers, een adapter van
scart naar 3 cinch pluggen, zie afbeelding 1
(normale videoapparaten), of van scart naar 2
cinch +1 S-video stekkers, zie afbeelding 4
(S-videoapparaten).
• HiFi-videorecorders hebben een adapter van
scart naar 6 cinch pluggen nodig, zie afbeelding
2 (normale video), of van scart naar 4 audio +2
S-video pluggen, zie afbeelding 5 (S-video VCR).
Lees de instructies bij de adapter zorgvuldig, om
vast te stellen welke van de zes stekkers voor
het opnamesignaal is (aansluiten op de uitgan-
gen van de AVR) en welke voor het weergavesig-
naal van de videorecorder (aansluiten op de
Ingangen van de AVR). Maak onderscheid tussen
audio- en videosignalen. Aarzel niet uw leveran-
cier te raadplegen indien u twijfels heeft.
• Gebruikt u uitsluitend normale videoappara-
ten, dan is voor de TV-monitor een adapter van
3 cinch pluggen naar scart nodig (zie afbeelding
3). Gebruikt u ook S-video apparaten, dan is een
extra adapter van 2 cinch + 1 S-video plug naar
scart nodig (afbeelding 6), verbonden met de
scart-ingang van uw TV, geschikt voor S-video.
Alleen de videopluggen (de ‘gele’ cinch pluggen
in afbeelding 3 en de S-video plug in afbeelding
6) worden aangesloten op de TV/Monitor
Uitgang
B
en het volume van de TV wordt
geheel teruggedraaid.
Belangrijke opmerking over
adapterkabels
Wanneer de cinch aansluitingen van de adapter
die u gebruikt gemarkeerd zijn, sluit de audio en
video ingangspluggen dan altijd aan op de
audio en video uitgangen van de AVR en om-
gekeerd. Is dat niet het geval, let dan op de sig-
naalrichting zoals die is aangegeven in boven-
staande afbeeldingen en in de aanwijzingen bij
de adapter. Heeft u twijfels, aarzel dan niet uw
leverancier om inlichtingen te vragen.
Belangrijke opmerkingen over S-video
1. Alleen de S-video in/uit van S-video appara-
tuur mag verbonden worden met de AVR, NOOIT
zowel de normale als de S-video aansluitingen,
uitgezonderd de TV, zie punt 2.
Wanneer beide aansluitingen gemaakt zijn zal
alleen het S-Video signaal zichtbaar gemaakt
worden.
2. Net als alle normale AV apparatuur zet de
AVR het composiet videosignaal niet om naar S-
Video, maar wèl omgekeerd. Wanneer zowel
video als S-video bronnen gebruikt worden, die-
nen dus beide verbindingen van de AVR naar de
TV gemaakt worden, waarbij ook de juiste
ingang op de TV gekozen wordt.
Aansluitingen van videoapparatuur
Videoapparatuur wordt op dezelfde manier aan-
gesloten als audiocomponenten. Het gebruik van
signaalkabel van goede kwaliteit is belangrijk
voor het behoud van de signaalkwaliteit.
1. Verbind de audio- en video Play/Out uitgan-
gen met de Video 1 of Video 2 In ingangen
QTXZ
op de achterzijde. De audio en
video Record/In ingangen van de VCR worden
verbonden met de Video 1 of Video 2 Out
uitgangen
PRW7
van de AVR.
2. Verbind de analoge audio en video uitgangen
van een satellietontvanger, kabel-TV converter,
televisie, of enig andere videobron met de
Video 3 ingangen
SY
.
Belangrijk: wanneer u de TV alleen gebruikt
als een beeldscherm (d.w.z. dat u de televisiep-
rogramma's ontvangt via een kabelbox of satel-
lietontvanger) dient u de uitgangen van de TV
niet te verbinden met de Video 3 A/V en
S-Video Ingangen
SY
of enige andere
ingang van de AVR.
3. Verbind de analoge audio- en video-uitgan-
gen van een DVD- of laserdiscspeler met de
DVD-ingang
5C
.
4. Verbind de digitale audio uitgangen van een
CD- of DVD-speler, satellietontvanger, kabel- of
HDTV-converter aan op de juiste Optische of
Coaxiale digitale ingangen
UV*Ó
.
5. Verbind de Composiet en S-Video (indien
S-Video wordt gebruikt) Monitor Uitgang
B
op de achterzijde van de receiver met de
composiet of S-Video ingang van de televisie of
videoprojector.
6. Indien u DVD-speler en monitor beide
component video aansluitingen hebben, sluit de
component video uitgangen van de DVD-speler
dan aan op de Component video video-
ingangen
L
. Merk op dat zelfs wanneer de
component video-aansluitingen gebruikt wor-
den, de audio-aansluitingen nog steeds gemaakt
moeten worden op de analoge DVD audio-
ingangen
5
of op de Coaxiale of Optische
digitale ingangen
UV
.
7. Indien u een ander component video-appa-
raat ter beschikking hebt, sluit het dan aan op
de Video 2 component video-ingangen
J
De audio-aansluitingen voor dit apparaat dienen
te worden gemaakt op de Video 2 ingangen
X
of op de Coaxiale of Optische digitale
ingangen
UV
.
8. Indien de component video-ingangen gebruikt
worden, sluit dan de Component video-uit-
gangen
K
aan op de component video-ingan-
gen van uw TV, projector of weergave-apparaat.