20 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
Bijvoorbeeld, in de afbeelding hieronder staan
alle luidsprekers op ‘large’ (groot) en een sub-
woofer is gekozen.
Opzet Surround
Is de luidsprekeropzet voltooid, dan dient voor die
ingang de surround functie die u met die ingang
wilt gebruiken ingesteld te worden. Aangezien de
surroundfuncties een kwestie zijn van persoonlij-
ke smaak, bent u vrij in uw keuze – die bovendien
later gewijzigd kan worden. Het Surround Functie
Overzicht op pagina 26 kan u helpen de functie
te kiezen die het beste past bij de gekozen
ingang. Zo kunt u Dolby Pro Logic II of Logic 7
voor de meeste ingangen kiezen en Dolby Digital
voor ingangen aangesloten op digitale bronnen.
Voor ingangen zoals CD-speler, tape deck of tuner
kan het best de stereofunctie worden gekozen,
wanneer dat tenminste de luisterfunctie is die
voor de standaard stereobronnen wordt gebruikt.
Voor die bronnen is het onwaarschijnlijk dat er
materiaal met surroundcodering zal worden afge-
speeld. Als alternatief kan de 5 Kanaals Stereo of
Logic 7 Music functie worden gekozen voor ste-
reo programmamateriaal.
De surround instellingen worden het gemakke-
lijkst gemaakt via de Full-OSD (volledig) menu’s
in beeld. Druk vanuit het hoofdmenu
MASTER
MENU
(Afb. 1) op de
⁄
/
¤
D
tot de cursor ➞
naast het SURROUND SELECT menu staat.
Druk op instellen
F
tot het SURROUND
SELECT
menu (Afb. 5) in beeld verschijnt.
Afbeelding 5
Elke regel in dit menu (afb. 5) kiest een surround
functiegroep en binnen elk van deze categorieën
kan uit specifieke opties worden gekozen. De
keuze aan functies wisselt afhankelijk van de luid-
sprekerconfiguratie in uw systeem.
Wanneer de regel
SURR BACK regel van het
SPEAKER SETUP menu (afb. 4) op NONE
(geen) staat, is de AVR geconfigureerd voor 5.1
kanaals bedrijf en alleen de functies bestemd
voor een vijf luidspreker opstelling zullen verschij-
nen. Staat
SURR BACK in het SPEAKER
SETUP
menu (afb. 4) op SMALL (klein) of op
LARGE (groot) staat, is de AVR geconfigureerd
voor 6.1/7.1 kanaals bedrijf en ook extra functies
als Dolby Digital EX en 7 STEREO of Logic 7 7.1
verschijnen, daar deze alleen werken wanneer
zeven luidspreker beschikbaar zijn. Bovendien, de
functies DTS ES (Discrete) en DTS+NEO:6 (DTS-ES
Matrix) die in de AVR beschikbaar zijn, verschij-
nen alleen bij een digitale bron met het juiste
digitale signaal.
Daarnaast verschijnen sommige functies van de
AVR 235 niet tenzij een digitale bron is gekozen
en de juiste bitstream wordt afgespeeld.
Opmerking: wanneer een Dolby Digital of DTS
bron wordt gekozen en speelt kiest de AVR auto-
matisch de juiste surround functie, ongeacht de
standaard instelling voor die ingang. In dat geval
zijn geen andere surround functies beschikbaar,
uitgezonderd VMAx bij Dolby Digital opnamen en
alle Pro Logic II functies met Dolby Digital
2-kanaals (2.0) opnamen. Zie pagina 31.
Om de functie vast te leggen die standaard voor
een ingang wordt gekozen drukt u eerst op
⁄
/
¤
D
tot de in-beeld cursor naast de hoofd
categorie met de gewenste functie staat. Druk
dan op de insteltoets
F
om het submenu op te
roepen. Druk op
‹
/
›
Ea
om door de
beschikbare mogelijkheden te gaan en druk op
¤
D
tot de cursor bij BACK TO MASTER
MENU
(terug naar hoofdmenu) staat om het
setup proces et vervolgen.
In het DOLBY menu (afbeelding 6) kan gekozen
worden uit Dolby Digital, Dolby Pro Logic II en IIx
Music, Dolby Pro Logic II en IIx Cinema, Dolby Pro
Logic II en Dolby 3 Stereo. De Dolby Digital EX
functie is alleen beschikbaar wanneer het systeem
is ingesteld op 6.1/7.1 werking door de Surround
Achter luidsprekers te configureren op ‘klein’
(small) of ‘groot’ (large) als beschreven op pagina
19. Wanneer een disc speelt met een speciale
code in de digitale audio datastroom, wordt auto-
matisch de EX functie gekozen, maar deze kan
ook gekozen worden via dit menu of via het
frontpaneel of de afstandsbediening als aangege-
ven op pagina 29. Een volledig overzicht van deze
functies vindt u op pagina 26-27. Denk er aan
dat wanneer Dolby Digital is gekozen er aanvul-
lende instellingen beschikbaar komen voor de
Nacht Functie die alleen met surround gekoppeld
zijn, niet met de ingang. Daarom hoeven deze
instellingen slechts eenmalig gemaakt te worden
en niet met elke gebruikte ingang. In het volgen-
de hoofdstuk worden deze behandeld.
Afbeelding 6
Wanneer de ➞ cursor op de regel MODE (func-
tie) staat, drukt u op
‹
/
›
Navigatie
Ea
om
de gewenste Dolby functie te kiezen, wederom
rekening houdend met het feit dat de verschillen-
de functies waaruit kan worden gekozen, wordt
bepaald door het gebruikte programmamateriaal
en het aantal luidsprekers in uw systeem.
Wanneer Dolby Pro Logic II Music of Dolby Pro
Logic IIx Music als luisterfunctie is gekozen, zijn
drie speciale instellingen beschikbaar om het
klankbeeld geheel aan uw smaak en de luister-
omstandigheden aan te passen. Zijn andere Dolby
Surround functies gekozen, dan geven stippellij-
nen aan dat deze instellingen niet actief zijn.
• Center Width (breedte): deze instelling corri-
geert de balans van de stemmen verdeeld over
de links/rechts luidsprekers en de center luid-
spreker. De lagere instellingen spreiden het
geluid van het center kanaal meer over de
links/rechts luidsprekers. Een hogere instelling
(max. “7”) geeft een smallere presentatie van
het center kanaal.
• Dimension (afmetingen): deze instelling wijzigt
de perceptie van de diepte van het surround
klankbeeld door het ondieper te maken, waar-
door de geluiden dichter bij het front van de
kamer lijken, of juist een diepere presentatie
waarbij het centrum zich meer naar de achter-
zijde van de kamer lijkt te verplaatsen. De
instelling “0” is de neutrale standaardinstelling
met het “R-3” bereik voor een dieper naar ach-
ter georiënteerd beeld en “F-3” voor een ondie-
per, naar voor georiënteerd beeld.
• Panorama: schakel deze instelling in of uit om
een meer omringende weergave te krijgen die
vooral de perceptie van geluid van de zijwan-
den van de kamer versterkt.
Om deze parameters te wijzigen, drukt u op
⁄
/
¤
Navigatie
D
terwijl het DOLBY SUR-
ROUND menu in beeld staat tot de ➞ cursor op
de regel staat met de parameter die u wilt wijzi-
gen. Druk dan op
‹
/
›
Navigatie
Ea
om de
instelling naar wens te wijzigen.
Denk er aan dat wanneer Dolby Digital is gekozen
er aanvullende instellingen beschikbaar komen
voor de Nacht Functie die alleen met surround
gekoppeld zijn, niet met de ingang.Vandaar dat
deze instellingen slechts één keer gemaakt wor-
den en niet voor elke ingang afzonderlijk.
Instellen nachtfunctie
De nachtfunctie is een functie van Dolby Digital
die een speciale bewerking gebruikt om het dyna-
misch bereik en de verstaanbaarheid van het film-
geluid te behouden, terwijl het piekniveau
begrensd wordt. Zo wordt voorkomen dat plotse-
ling pieken anderen storen, zonder dat de impact
van de digitale bron al te zeer wordt aangetast.
Merk op dat de nachtfunctie alleen beschikbaar is
bij weergave van Dolby Digital signalen.
Om de Nacht Functie vanuit het menu in te stel-
len drukt u op OSD
L
zodat het MASTER
(hoofd) menu verschijnt. Druk vervolgens op