5.4.11 S
CHOONMAKEN EN STALLEN
Berg de machine op in een droge ruimte, beschut tegen alle weersomstandigheden en dek
ze, indien mogelijk, toe met een zeil . Maak, na elk gebruik, de buitenkant van de machine
schoon, leeg de opvangzak en klop deze goed uit om alle gras- en aarderesten te verwij-
deren.
Leeg de opvangzak altijd en laat geen containers met gemaaid
gras in gesloten ruimtes achter.
Reinig de kunstof delen van de machine met een vochtige spons en een schoonmaakmid-
del. Let er op dat de motor, de elektrische onderdelen en de elektronische kaart onder het
dashboard niet nat worden.
Gebruik in geen geval hogedrukreinigers of bijtende middelen voor
het reinigen van de carrosserie en de motor!
Het reinigen van de binnenkant van het maaidek
en het uitwerpkanaal dient, onder de volgende
condities, op een harde ondergrond te gebeuren:
– met de opvangzak of de steenbeschermkap
bevestigd;
– de gebruiker zit op de machine;
– de motor draait;
– de koppeling staat in de vrije stand;
– de handrem is ingeschakeld;
– de messen zijn ingeschakeld.
Sluit een waterslang eerst op de ene speciale fitting (1) aan en daarna op de andere en
laat voor enkele minuten in elke fitting water lopen terwijl de messen draaien.
Het is beter om het maaidek, voor het schoonmaken, in de laagste stand te zetten.Verwij-
der daarna de opvangzak, leeg en spoel deze uit en leg hem op een plaats waar hij snel
op kan drogen.
Om de goede werking van de elektromagnetische koppeling niet
te compromitteren:
– vermijden dat de koppeling in contact komt met olie;
– geen waterstralen van hoge druk rechtstreeks op de groep koppeling richten;
– de koppeling niet schoonmaken met benzine.
BELANGRIJK
HF2620◊••
➤
BELANGRIJK
̆
!
LET OP!
NL 33GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN