22
HET BEDIENEN VAN UW THERMOSTAAT
Het tijdelijk wijzigen van de
temperatuurinstelling
Een temperatuurwijziging wordt auto-
matisch opgeheven als wordt overge-
schakeld naar de volgende periode.
De tijdelijke temperatuurverhoging of
-verlaging opheffen.
Druk de toets WARMER of KOUDER zo vaak in
totdat de gewenste tijdelijke temperatuurinstel-
ling is bereikt. De nieuw ingestelde temperatuur
is direct actief. Na enkele seconden verschijnt
de heersende temperatuur weer in het uitlees-
venster. Een knipperende of aanduiding
in het uitleesvenster geeft aan dat de tempera-
tuurinstelling tijdelijk is gewijzigd.
Zet de schakelaar in de stand PROGRAMMEREN
en na ca. 1 seconde vervolgens terug in de
stand AUTOMATISCH. Hierdoor is de tijdelijke
temperatuurinstelling opgeheven en keert de
thermostaat terug naar het normale programma.