Andere toepassingen gebruiken 213
Cellen detecteren
Selecteer de cel die u wilt verwijderen en klik op Menu > Bewerken > Cellen
verwijderen.
Tip U kunt meerdere cellen selecteren om te verwijderen door te klikken op Menu >
Selecteren en kies vervolgens wat in het werkblad moet worden geselecteerd.
Celgegevens kopiëren en plakken
1. Kies de cel(len) die u wilt kopiëren en klik vervolgens op Menu > Bewerken >
Kopiëren.
2. Selecteer de cel(len) waarin de celgegevens moeten worden geplakt en klik
op Menu > Bewerken > Plakken.
Een rij of kolom invoegen
Selecteer de cel waar u een rij of kolom wilt invoegen en klik op Menu > Invoegen >
Rij of Kolom. Als u een rij invoegt, wordt deze boven de geselecteerde cel ingevoegd;
als u een kolom invoegt, wordt de kolom links van de geselecteerde cel ingevoegd.
Tip U kunt ook de inhoud van een rij of kolom verplaatsen. Verplaats de inhoud door de cel te
selecteren die u wilt verplaatsen en klik op Menu > Invoegen > Naar rechts verplaatsen
of Naar beneden verplaatsen.
Naar een cel gaan
Klik op Menu > Extra > Ga naar en voer de celreferentie of naam in. klik op OK.
Tip U kunt ook tekst ordenen en zoeken in het werkblad door te klikken op Menu > Extra >
Sorteren of Zoeken.
Een handeling ongedaan maken en opnieuw uitvoeren
Klik op Menu > [Handeling] ongedaan maken of op [Handeling] opnieuw.
Het werkblad opslaan
1. Klik op Menu > Bestand > Opslaan als.
2. Voer de Naam in die u wilt gebruiken voor het bewerkte werkblad en kies de
Locatie waar het werkblad moet worden opgeslagen.
3. Klik op Opslaan.
