34
3
GEBRUIKSAANWIJZING
1. INSTALLATIE
Het is uitermate belangrijk dat uw nieuwe dampkap zodanig geïnstalleerd
wordt dat deze haar maximum vermogen kan ontwikkelen wat luchtdebiet
betreft. In principe dient de uitlaat zo kort mogelijk en zo groot mogelijk
van sectie gehouden te worden. Sluit daarom een buis aan die een
diameter heeft van 125 mm. Verminder de uitlaatsectie niet door een te
kleine of te weinig doorlatende muurrooster of iets dergelijks. Hoe minder
de afvoer geremd wordt, hoe groter het debiet en aldus het nuttige effect
van uw dampkap.
2. MONTAGE
Wanneer u de verpakking van de inbouwdampkap verwijdert, dient u erop
te letten dat de montagematerialen los bij verpakt zijn. De inbouwdampkap
661 is bestemd voor inbouw onder een keukenkast van 60 cm breed en
inbouwdampkap 691 is bestemd voor inbouw onder een keukenkast van
90 cm breed en beantwoordt volledig aan de standaardmaten. Zorg ervoor
dat er tussen de onderkant van de dampkap en het kookvlak minimaal 60
cm voor elektrisch, 65 cm voor gastoestellen en 75 cm voor
inductiekookplaat vrij is. De dampkap neemt de achterste helft in van de
kast en de vrije ruimte vooraan kan u gebruiken als bergplaats.
3. INBOUW IN WANDKAST
De inbouwdampkap moet zo worden geplaatst dat de voorkant van het
front zich in gesloten toestand in hetzelfde vlak bevindt van de kastdeur.
Daarvoor voorziet u een uitsparing van 560-570 x 180 mm (Fig. 1) in de
bodem van de wandkast voor model 661 en een uitsparing van 860-870 x
180 mm voor model 691 (Fig. 2)
