In de keuken wordt de lucht afgezogen via de HR-wasemkap en via een afzuigrooster
op plafondhoogte.
Hoeveel wordt er afgezogen
De hoeveelheid die moet worden afgezogen is wettelijk vastgelegd. De hoeveelheid
is zo gekozen dat geen onnodige energie wordt verspild en er toch een optimaal
binnenklimaat wordt bereikt. Vocht en geurtjes worden binnen een redelijke termijn
afgevoerd.
De verdeling
De afzuiging is per vertrek verschillend. Door de verschillende afzuigroosters wordt
de luchthoeveelheid uit keuken, badkamer en toilet geregeld. Daarom heeft ieder
rooster ook zijn eigen vaste plaats. Aan de instelling van de roosters mag beslist niets
worden gewijzigd.
Dit zou de goede balans van het ventilatiesysteem verstoren.
Regeling
Het centraal ventilatiesysteem is ontworpen om met een zo gering mogelijk warmte-
verlies en met zo laag mogelijke stroomkosten toch goed te functioneren.
Daarom hebben de meeste ventilatiesystemen drie regelstanden.
Stand 1 = spaarstand
Dit is de regelstand voor die momenten overdag, bijvoorbeeld bij afwezigheid, of
‘s nachts, waarop een verminderde ventilatie toegestaan is.
Stand 2 = dagstand
Deze stand is de normale ventilatiestand overdag in een bewoond huis.
Stand 3 = kookstand
Indien er intensief gekookt wordt is dit de extra krachtige stand die de luchtjes in
de keuken effectief afzuigt. Zet deze stand direct vóór tot 5 minuten na het koken
aan.
Indien de woning voorzien is van een eigen centrale ventilatorunit dan kunt u gebruik
maken van de in de keuken aangebrachte regelschakelaar voor het inschakelen van de
verschillende standen.
Bij een collectief mechanisch ventilatorsysteem vindt de regeling centraal plaats.
Door middel van de schuiflade van de HR wasemkap uit te trekken wordt de
zogenaamde inblaasventilator aangezet. De inblaasventilator blaast een luchtgordijn
rondom de kookplaat waardoor de dampen beter onder de wasemkap blijven.
Hierdoor krijgt het centraal mechanisch ventilatiesysteem de kans om tijdens
piekmomenten beter zijn werk te doen.
Luchttoevoer
Goede luchtafvoer werkt alleen bij onbelemmerde luchttoevoer. Het is dan ook
belangrijk om de luchttoevoeropeningen in uw huis NOOIT dicht te maken.
Luchttoevoer kan gerealiseerd worden door:
O klepraampjes, roosters boven ramen of speciale luchttoevoerroosters
(bij warmteterugwinunits) in plafond of wand in woon- en slaapkamers
O openingen (spleten) onder de deur van toilet, douche of badkamer,
woon- en slaapkamer.
5