48
NEDERLANDS
7.0 Brandstof
Gebruik altijd de voorgeschreven brandstof. (Zie «2.0
Technische gegevens» in de installatiehandleiding voor het
type brandstof dat uw haard nodig heeft.)
Daarmee bereikt u het beste resultaat. Gebruik van andere
brandstoffen kan schadelijk zijn voor de haard.
7.1 Jøtuls definitie van goed brandhout
Met goed brandhout bedoelen we de bekende houtsoorten, zoals
berken-, beuken- en eikenhout.
Goed brandhout moet droog zijn, dat wil zeggen dat het hout
ongeveer 20% water mag bevatten.
Hiervoor moet het hout uiterlijk aan het einde van de winter of
vroeg in het voorjaar worden gekapt. Het hout moet zodanig
worden gekapt en gestapeld dat er een goede luchtcirculatie
om het hout is. De stapels moeten worden afgeschermd om
overmatige opname van regenwater te voorkomen. Haal de
blokken hout in de herfst naar binnen voor gebruik tijdens het
stookseizoen.
De hoeveelheid energie die 1 kg hout kan leveren, varieert niet
veel. Het gewicht van dezelfde hoeveelheid droog hout verschilt
daarentegen aanzienlijk van soort tot soort. Zo levert een
bepaalde hoeveelheid sparrenhout minder kWh op dan dezelfde
hoeveelheid eikenhout, dat een hoger soortelijk gewicht heeft.
De hoeveelheid energie van 1 kg goed brandhout bedraagt
ongeveer 3,8 kWh. 1 kg volledig droog hout (0% vocht) levert
ongeveer 5 kWh op, terwijl hout met 60% vocht slechts 1,5 kWh
per kg oplevert.
Het gebruik van vochtig hout kan de volgende gevolgen hebben:
• Vorming van roet/teer op het glas, in de haard en in de
schoorsteen.
• De haard geeft minder warmte af.
• Brandgevaar als gevolg van de opeenhoping van roet in de
haard, kachelpijp en schoorsteen.
• Het hout is moeilijk aan te steken en het vuur kan gemak-
kelijk doven.
Zorg vooral dat u de haard nooit stookt met de volgende
materialen:
• Huishoudelijk afval, plastic tassen, enzovoort.
• Geverfd of geïmpregneerd hout (zeer giftig).
• Spaanplaat of laminaat.
• Drijfhout (zeewater).
Verbranding van deze stoffen kan schadelijk zijn voor de haard en
voor het milieu.
N.B! Gebruik nooit benzine, petroleum, alcohol of soortgelijke
brandbare vloeistoffen om het vuur aan te maken. Hierdoor kunt
u letsel oplopen of kan de haard worden beschadigd.
7.2 De definitie die Jøtul hanteert voor
briketten
Onder briketten verstaan wij kolen die voldoen aan de specificatie
in EN 13420, tabel B2. (Briketbrandstof voor gesloten apparatuur),
zoals bijvoorbeeld Phurnacite.
7.3 Formaat en hoeveelheid brandstof
De producten van Jøtul zijn zodanig ontwikkeld dat ze een
uitstekend verbranden.
Een belangrijke factor voor een goede verbranding is dat de
brandstof het juiste formaat heeft.
Een beschrijving van het juiste formaat en de juiste hoeveelheid
brandstof vindt u in «2.0 Technische gegevens» in de
installatiehandleiding bij ieder type haard.
7.4 Cyclische/continue verbranding
Cyclische verbranding
De meeste producten van Jøtul zijn ontworpen voor
cyclische verbranding. (Zie de installatiehandleiding «2.0
Technische gegevens» bij ieder product.)
Cyclische verbranding betekent in deze context normaal
gebruik van de haard, dat wil zeggen dat er brandstof wordt
toegevoegd wanneer de brandstof is opgebrand en er nog
een voldoende hoeveelheid gloeiende as over is.
Continue verbranding
Sommige haarden zijn geschikt voor continue verbranding.
(Zie de installatiehandleiding «2.0 Technische gegevens»
bij ieder product.)
Continue verbranding betekent in deze context dat een
haard ’s nachts door kan branden zonder dat het vuur
opnieuw aangestoken hoeft te worden.
