43
NEDERLANDS
Afstand tot muren beschermd door een
brandmuur
Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw gemeente
voor informatie over beperkingen en installatie-eisen.
De brandmuur moet voldoen aan:
De brandmuur moet ten minste 100 mm dik zijn en van baksteen,
betonsteen of licht beton zijn gemaakt. U kunt ook andere
goedgekeurde materialen en constructies gebruiken.
Afstand tot onbrandbare muren - zie afb. 1
Een onbrandbare muur wordt hier vermeld als een nietdragende
muur van cement/baksteen.
Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw gemeente
voor informatie over beperkingen en installatie-eisen.
4.4 Plafond
De afstand tot een brandbaar dak boven de haard moet minimaal
1200 mm zijn.
4.5 Schoorstenen en kachelpijpen
• De haard kan worden aangesloten op een schoorsteen en
kachelpijp die zijn goedgekeurd voor brandstofgestookte
haarden met rookgastemperaturen die zijn opgegeven in
«2.0 Technische gegevens».
• De doorsnede van de schoorsteen moet ten minste even groot
zijn als de doorsnede van de kachelpijp. Zie «2.0 Technische
gegevens» voor informatie voor het berekenen van de
doorsnede van de schoorsteen.
• Geen meerdere haarden worden aangesloten op dezelfde
schoorsteen. Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht
van uw gemeente voor informatie over beperkingen en
installatie-eisen.
• De aansluiting op de schoorsteen moet voldoen aan de
installatievoorschriften van de schoorsteenleverancier.
• Voordat u een opening in de schoorsteen maakt, moet de
haard als proef worden geplaatst om te zorgen voor de juiste
positie ten opzichte van de schoorsteen. Zie afb. 1 voor de
minimale afmetingen.
• Zorg dat de kachelpijp omhoog wijst in de richting van de
schoorsteen.
• Gebruik een kachelpijpbocht met een veegluik, zodat de pijp
kan worden geveegd.
Houd er rekening mee dat de aansluitingen enigszins flexibel
moeten zijn om te voorkomen dat kleine verplaatsingen tijdens
de installatie schade veroorzaken.
N.B. Een juiste en luchtdichte aansluiting is van groot belang
voor het goed functioneren van de haard.
De luchtstroom in de schoorsteen mag nooit groter zijn dan 2,5
mm H
2
O (25 Pa) wanneer de haard in gebruik is. Als de luchtstroom
te sterk is, kunt u een rookklep installeren en gebruiken om de
luchtstroom te regelen.
Bij brand in de schoorsteen:
• Sluit alle luiken en ventilatieopeningen.
• Houd de deur van de vlamkast gesloten.
• Controleer of er rook is op zolder en in de kelder.
• Bel de brandweer.
• Voordat u de haard opnieuw in gebruik neemt na een brand,
moet een deskundige de haard controleren om na te gaan of
deze goed werkt
4.6 Bedieningsfuncties controleren (afb. 2)
Controleer altijd de bedieningsfuncties wanneer de haard op zijn
plaats staat. Deze moeten gemakkelijk beweegbaar zijn en naar
behoren functioneren.
De Jøtul MF 3 is uitgerust met het volgende regelmechanisme:
Ventilatieopening ( as deur) - Afb. 2A
Ventilatieopening (boven) - Afb. 2B