Mogelijke commando’s:
Elk commando houdt in dat een of twee dieren
van plaats veranderen. Met een serie commando’s kun je de dieren
in iedere gewenste positie krijgen.
Ki
Het dier bovenop op de stapel
op het blauwe blok, springt naar de bovenste
positie op het rode blok.
Lo
Het dier boven op de stapel op het rode blok,
springt naar de bovenste positie
van de stapel op het blauwe blok.
Ni
De dieren boven op beide stapels
wisselen van plaats.
Ma
Het dier onderaan de rode stapel,
klimt naar de bovenste positie op die stapel.
So
Het dier onderaan de blauwe stapel,
klimt naar de bovenste positie van die stapel.
Maniki kan door 2-6 spelers gespeeld worden.
Inhoud:
1 ijsbeer, 1 olifant, 1 leeuw, 24 positiekaartjes, 5 commandokaartjes,speelbord, spelregels.
Doel van het spel:
De spelers zijn dompteurs in het circus.
Door bevelen te roepen laten zij de dieren hun kunsten vertonen. De speler die
de dieren de meeste kunstjes laat doen, wint het spel.
Spelvoorbereiding:
Leg de 24 Positiekaartjes in een stapel ondersteboven op tafel.
Draai de bovenste kaart om en zet de dieren precies zo op het bord als aangegeven
op de kaart. Plaats nu dit kaartje weer onder de stapel.
De spelers zitten allemaal aan dezelfde kant van de tafel zodat ze het bord
en de commando kaartjes goed kunnen zien.
Begin van het spel:
Een van de spelers draait de bovenste kaart van de stapel om. Plaats deze kaart
op tafel zodat iedereen hem goed kan zien. In stilte proberen alle spelers nu zo snel
mogelijk uit te zoeken welke commando’s nodig zijn om de oude situatie
om te zetten in de nieuwe. Zodra je de juiste combinatie weet roep je die hardop.
Meestal heb je twee of meer commando’s nodig om dit voor elkaar te krijgen.
Het uitvoeren van de commando’s:
Zodra een van de spelers een commando roept mag niemand anders meer
iets roepen. Het commando wordt meteen uitgevoerd.
1 Als deze commando’s tot het juiste resultaat leiden, mag de speler die
kaart houden.