EURO-ZAKGELDSPEL
Een spel van Stefanie Rohner en Christian Wolf.
Inhoud:
speelbord in de doos, winkelcentrum, 4 pionnen, 18 zakgeldkaarten, 24 kaartjes
met mogelijke aankopen, euro’s en
4 klemmetjes om het banksaldo aan te geven.
Doel van het spel:
Je spaart voor een nieuwe fiets. Gelukkig hoef je hem niet helemààl zelf te betalen.
Dan zou het waarschijnlijk nooit lukken, want een nieuwe fiets is heel erg duur.
Je moet zelf 10 euro’s op je bankrekening hebben. Dan krijg je de rest van je ouders.
Bij het begin van het spel heb je er nog maar 2, dus je moet meteen gaan sparen!
Maar...in het midden van het speelbord zie je verleidelijke winkeltjes. In ieder winkel-
tje moet je minstens een ding kopen. Dus gaat het erom dit zo voordelig mogelijk
te doen. Let daarom vooral op speciale aanbiedingen!
Natuurlijk is het erg belangrijk om zo snel mogelijk geld op de bank te zetten: daar
brengt het tenminste rente op.
Je wint als je het eerste:
* 10 euro’s op je bankrekening hebt staan voor je nieuwe fiets.
* in iedere winkel minstens één artikel hebt gekocht.
* als eerste met dit alles het speciale ‘fietsvakje’ bereikt of passeert.
Voorbereiding:
- Iedere speler kiest een pion en een ‘banksaldo’ klemmetje in dezelfde kleur
- Je speelt in de doos. Zet de doos met het speelbord in het midden.
- Vouw het winkelcentrum en zet het zodanig op het speelbord dat de winkeltjes
overeenkomen met de hoekvakjes.
- Sorteer de ‘aankoop’ kaartjes per winkel (van iedere winkel zijn er zes). Schud elk
stapeltje en leg de kaartjes met de tekst naar beneden voor de juiste winkel.
Het bovenste kaartje leg je er ‘open’ bovenop.
- Schud de zakgeldkaarten. Leg deze naast de doos. Ook met de tekst naar bene-
den. Maar ook hiervan leg je de bovenste open.
- Kies een bankier. De bankier kan gewoon meespelen. De bankier gebruikt de deksel
om de munten in te bewaren.
- Iedereen krijgt 2 euro’s (1 euro, 2 x 0,50)
- Er wordt geloot wie er mag beginnen. Daarna is de speler links etc. De speler die
mag beginnen zet zijn pion op een zakgeldvakje naar keuze. De andere spelers
kiezen ieder een ander zakgeldvakje.
Spelregels:
Ben je aan de beurt, gooi je eerst met de dobbelsteen. Dan verzet je je pion in de
richting van de pijlen. Als je het speciale teken gooit, dan mag je kiezen of je
1, 2, 3 of 4 vakjes verdergaat.
