19
Functietabel
Functie Beschrijving automatische functie
Simmering
Geeft een vermogensniveau aan dat geschikt is om gerechten gedurende
lange tijd te laten pruttelen. Geschikt voor de bereiding van
tomatensauzen, ragouts, soepen, groentensoepen, waarbij een constant
bereidingsniveau gehandhaafd wordt; ideaal voor bereidingen au-bain-
marie (crèmes) en bereide producten op te warmen. Voorkomt
onaangenaam overkoken van het voedsel of mogelijk aanbranden op de
bodem, die kenmerkend zijn voor dit soort bereidingen. Gebruik deze
functie nadat u het gerecht aan de kook heeft gebracht.
Melting
Geeft een vermogensniveau aan dat geschikt is om kwetsbare producten
langzaam te laten smelten zonder de sensorische kenmerken ervan in
gevaar te brengen (chocolade, boter, enz.).
Sensor
Geeft automatisch aan wanneer het kookpunt van het water bereikt is en
vermindert het vermogen tot een waarde die garandeert dat het water
blijft koken tot het voedsel wordt toegevoegd. Als het water eenmaal
kookt, klinkt er een geluidssignaal en kunnen er naar wens ingrediënten
worden toegevoegd (bijv. kruiden, deegwaren, rijst, groenten, vlees en
vis die gekookt moeten worden) maar ook zelfgemaakte conserven of
accessoires die gesteriliseerd moeten worden.
Flexibele
zones
Deze functie combineert twee kookzones en hiermee kunt u gebruik
maken van rechthoekige of ovale pannen of roosters, zo kunt u het
volledige beschikbare gebied benutten.
Voor het grillen van grote of veel gerechten (vis, spiesjes, groenten,
steaks, worstjes).
Voor bereidingen in een braadpan/vispan/koekenpan van recepten zoals
rollades, hele vissen, meestal met sauzen of bouillon.