58
Geavanceerde opnametechniek
OVER BRACKETING (BELICHTINGSTRAPJES)
Bracketing is een methode om een serie belichtingsvariaties van een statisch onderwerp te maken
(belichtingstrapje). Gewone bracketing en flitsbracketing zijn mogelijk.
Selecteer Continu bracketing of Enkelbeeld bracketing met de transportschakelaar (blz. 56). Continu
bracketing geeft automatisch een complete serie opnamen wanneer de ontspankop ingedrukt wordt
gehouden.
Bij Enkelbeeld bracketing moet de ontspanknop voor elke afzonderlijke opname worden ingedrukt.
Het aantal opnamen en het belichtingsverschil worden op de LW-schaal op de monitor weergegeven.
De kleurinstellingen wordt ingesteld in sectie 2 van het opnamemenu (blz. 64, 70). De bracketingvol-
gorde is ook instelbaar (blz. 70).
59
Bij belichtingsbracketing in de S-belichtingsstand wordt het diafragma gevarieerd. In de standen A en
M wordt er met de sluitertijd gevarieerd; in de M-stand kunt tijdens de reeks op de AEL-toets druk-
ken om het diafragma te laten variëren. In de programmastand en de volautomatische programma-
stand wordt er met sluitertijd en diafragma gevarieerd.
Wilt u een flitsbracketingserie maken, klap dan de flitser uit; de belichtingsinstelling voor het aanwe-
zige licht blijft constant. Tussen de opnamen door wordt de flitser opgeladen. Wordt de flitser inge-
klapt, dan gaat de camera over op belichtingsbracketing.
Bepaal de beeldcompositie als aangegeven bij de basistechniek opname (blz. 28). Tijdens het uitvoe-
ren van de bracketingreeks geeft een index van de LW-schaal de resterende opnamen aan. Maakt u
een continu bracketingreeks en laat u de ontspanknop los voordat de reeks is voltooid, dan wordt de
reeeks niet afgemaakt. Gebruikt u Continu AF of Auto AF bij bewegende onderwerpen (blz. 52) dan
stelt de camera tussen de opnamen door scherp.
0,3 LW bracketing 0,5 LW bracketing
Normaal
Onder
Over
Flitsbracketing: 0,5 LW / 5 opnamen
Belichtingsbracketing: 0,3 LW, 3 opnamen
Het meegeleverde oculairkapje voorkomt dat er bij gebruik van de zelfontspanner of het maken van
lange tijdopnamen licht via de zoeker binnentreedt en de belichtingsmeter beïnvloedt of het beeld slui-
ert.
Verwijder voorzichtig de oogschelp door hem aan beide zij-
den beet te pakken en omhoog te schuiven.
Schuif het oculairkapje voor de zoeker. Bevestig het kapje
aan de camerariem om verlies te voorkomen. Plaats na de
opname de oogschelp weer terug.
Op deze camera kunt u de Hoekzoeker Vn en de Zoekerloep Vn plaatsen. Met de Hoekzoeker kunt u
makkelijker vanaf een laag standpunt werken. De Zoekerloep vergroot het midden van het zoeker-
beeld, zodat u extra kritisch kunt scherpstellen, belangrijk voor onder meer macrofotografie.
Met de Oculair-correctielenzen uit de serie 1000 kunt u de oogcorrectie aanpassen als de ingebouw-
de oculairverstelling niet toereikend is.
Deze accessoires worden als boven beschreven op het oculair geplaatst. Neem voor meer informatie
over deze en andere accessoires contact op met uw Konica Minolta dealer.
OCULAIRKAPJE BEVESTIGEN
ZOEKERACCESSOIRES (APART LEVERBAAR)