3 Verkort en naamkiezen
3.1 Inleiding
Verkort kiezen maakt het mogelijk volledige telefoon/faxnummers
onder een toets ( t/m ) op te slaan, waardoor u deze
nummers niet steeds opnieuw hoeft in te toetsen. U kunt 10 namen
met bijbehorende nummers opslaan.
Naast verkort kiezen kunt u 50 namen en nummers opslaan in het
telefoonboek. De namen worden in alfabetische volgorde
opgeslagen. Voor het kiezen van een telefoon/faxnummer kunt u
door de naamlijst bladeren of de eerste letter(s) van de gezochte
naam intoetsen.
3.2 Invoeren
Bij het invoeren van namen en faxnummers kunt u, naast de
cijfertoetsen, de volgende toetsen nodig hebben:
wissen van ingevoerde tekens
ga naar volgende positie
Een naam mag uit maximaal 20 tekens bestaan, een
telefoonnummer uit maximaal 30 cijfers.
Letters invoeren
Met behulp van de cijfertoetsen kunt u letters, cijfers en tekens
invoeren. Onder elk cijfer schuilen enkele letters. Zo kunt u met
behulp van de letters D, E en F intoetsen. Elke keer dat u
indrukt, verschijnen achtereenvolgens:
- de hoofdletters
- het cijfer 3
- de kleine letters.
U kunt de letters na elkaar intoetsen. Als u 2 opeenvolgende letters
gebruikt die onder één toets staan, bijvoorbeeld het woordje ‘de’,
dan moet u na het intoetsen van de letter ‘d’ eerst op drukken
voordat u de ‘e’ kunt intoetsen.
26