15
2.7 Batterij opladen en vervangen
Voordat u de Orlando 120 kunt gebruiken, moet u de batterij van
de handset opladen. De batterij is bij aankoop in de handset
geplaatst. Gebruik alleen de meegeleverde oplaadbare batterij.
Andere oplaadbare batterijen kunnen de Orlando 120 beschadigen.
Deze beschadigingen vallen niet onder de garantie.
Batterij opladen
U kunt de batterij opladen door de handset op het basisstation te
leggen of te zetten. De batterij is bij levering al in de handset
geplaatst.
De batterij moet worden geladen voordat u de Orlando 120 kunt
gebruiken. Het opladen duurt 6 uur. U kunt de handset ook op het
basisstation leggen wanneer de batterij gedeeltelijk is opgeladen.
Dit heeft geen nadelige gevolgen voor de batterij.
1 Open het batterijvak.
2 Zet de schakelaar in het batterijvak op ON.
3 Leg de handset op het basisstation.
> Het controlelampje BEL/BAT knippert langzaam. De batterij
wordt opgeladen.
Batterijcapaciteit
In het display van de handset van de Orlando 120 wordt met het
symbool de capaciteit (status) van de batterij weergeven.
– knippert 5 à 10 minuten en u hoort een toonsignaal:
De batterij is leeg. Laad de batterij zo snel mogelijk op.
– : De batterij is voor 33% opgeladen.
– : De eerste twee streepjes van het batterijsymbool
branden. De batterij is voor 66% opgeladen.
– : De batterij is volledig (100%) opgeladen.
Levensduur batterij
Als de batterij volledig opgeladen is, dan gaat hij ongeveer
2 dagen mee wanneer u niet zou telefoneren. Als u continu
gesprekken zou voeren, gaat de batterij ongeveer 4 uur mee.
Als u af en toe gesprekken voert, gaat de batterij 1 tot 2 dagen
mee.
Als de batterij kort na het volledig opladen weer leeg is, moeten
de laadcontacten worden schoongemaakt (zie paragraaf 10.1,
Onderhoud) of is de batterij aan vervanging toe. De batterij gaat